Werken volgens de SPV-gedachte: een tussenstand
Het ministerie van IenW heeft het Strategisch Plan Verkeersveiligheid (SPV) opgesteld om via een proactieve, risico-gestuurde aanpak van verkeersonveilige situaties, opnieuw een dalende trend in de slachtoffercijfers te bereiken. Elke inwoner moet ’s avonds weer veilig thuis kunnen komen. Het inbedden van zo’n aanpak in lokale beleidsplannen blijkt voor veel gemeenten nog een lastig te nemen horde. Een praktijkanalyse.
Door:Jeroen Winkelmolen, Marco van der Linde, Jos Hengeveld en Peter Morsink, Royal HaskoningDHV
Royal HaskoningDHV begeleidt, evenals Antea, diverse provincies en hun inliggende gemeenten bij een transitie in de verkeersveiligheidsaanpak. Beide doen dat vanuit hun rol in het landelijke SPV-Expertteam van IenW en hun eigen netwerk. Deze begeleiding omvat het ontwikkelen van methoden en tools om risico’s te identificeren, analyseren en te monitoren om zo een vertaalslag te maken naar maatregelrichtingen en uitvoeringsprogramma’s. Tegelijkertijd richt de begeleiding zich op het ‘eigen maken van de proactieve, risicogestuurde werk- en denkwijze, passend bij de lokale ambities en mogelijkheden’.
Kern van de aanpak is dat een proactief en risicogestuurd verkeersveiligheidsbeleid nodig is. Niet alleen vanwege gestagneerde of zelfs stijgende slachtofferaantallen, maar ook vanwege de onwenselijkheid van een reactieve aanpak gebaseerd op ongevallen. Immers, bijna-ongevallen en risicovol gedrag blijven in de reactieve aanpak vaak buiten beeld. Bovendien kent reactief beleid zelfs ethische bezwaren: je hebt veel ongevallen nodig voordat je over voldoende gegevens beschikt. Maar hoe werkt dit in de praktijk?
De theorie
De risicogestuurde aanpak is grofweg in te delen in drie processen: het risicoanalyseproces, het uitvoeringsprogramma-proces en het monitorings- en evaluatieproces. Tijdens het risicoanalyse-proces biedt het stappenplan van het Kennisnetwerk SPV houvast. In zes stappen wordt gestructureerd toegewerkt naar het prioriteren van de geconstateerde risicothema’s. Door gegevens op kaartmateriaal te verzamelen, wordt het ook mogelijk om risicolocaties concreet aan te wijzen.
De uitdagingen voor wegbeheerders in de praktijk
Hoe helder het theoretische ideaalproces voor het risicogestuurd werken conform het SPV ook is, in de praktijk concentreert de uitvoering zich op een vijftal uitdagingen.
Uitdaging 1: Waarom moet ik zo’n uitgebreid proces toepassen?
Alle wegbeheerders zijn al jaren intensief met verkeersveiligheid bezig en weten vaak ook welke keuzes gemaakt moeten worden om meer verkeersveiligheid te creëren. Een ‘nieuw’ proces stuit dan ook op weerstand: ‘Waarom moet ik dit proces keer op keer zo uitgebreid doorlopen terwijl ik in mijn verkeerssysteem al weet waar de pijnpunten zitten’?
Uitdaging 2: Hoe pas ik dit theoretische proces toe?
Veel wegbeheerders vinden het moeilijk om het omvangrijke SPV en de diverse processtappen te vertalen naar hun eigen praktijk. Zo schatten zij in dat deze processen vooral geschikt zijn voor de grotere organisaties en vragen zich af of ze elke stap wel tot in detail moeten doorlopen. Ook ontbreekt vaak inzicht in het totaalplaatje: wat moet het resultaat zijn en hoe moet ik de gegevens gebruiken om daar te komen?
Uitdaging 3: Het ontbreekt aan capaciteit
Niet alleen verkeersveiligheid maar alle disciplines binnen het verkeerssysteem vragen continu aandacht van wegbeheerders. Overvolle agenda’s leiden tot beperkte ruimte om aan de slag te gaan met ‘nieuwe’ dingen. Het werken volgens een nieuwe methode wordt daarom in enkele gevallen afgehouden en in veel gevallen slechts beperkt geadopteerd en toegepast in de reguliere werkprocessen.
Uitdaging 4: Het ontbreekt aan budget voor extra stappen of (andere) keuzes
De budgetten voor verkeersveiligheid zijn gering, met name bij de kleinere gemeenten. Er zijn vaak kleine potjes voor gedragsprojecten en voor fysieke aanpassingen wordt meegelift op de onderhoudsopgaves. Dat beperkt de ruimte voor wegbeheerders om concreet in te spelen op nieuwe inzichten die worden opgedaan met de risicogestuurde aanpak.
Uitdaging 5: Waar haal ik alle data vandaan?
Voor een goede risicoanalyse wordt een groot aantal verschillende databronnen gebruikt. Wegbeheerders hebben deze data vaak beperkt in de eigen systemen en zijn daarom aangewezen op data van andere leveranciers. Veel wegbeheerders weten niet wat er beschikbaar is en waar bepaalde data vandaan gehaald kunnen worden. Ook is het vaak onduidelijk hoe de beschikbare data kunnen worden gebruikt voor de risicogestuurde aanpak.
Op dit moment zitten veel wegbeheerders in de fase van de vertaalslag van het gedachtegoed naar toepasbare programma’s. Intussen is er een toolbox aan instrumenten voor hen ontwikkeld, waaronder een format voor het formuleren van doelstellingen per risicothema en een SPV-Viewer die meerdere informatielagen kan combineren. Zie ook de website van het KennisnetwerkSPV voor meer voorbeelden. En er wordt gewerkt aan een toetsingskader om maatregelen tegen elkaar af te wegen, waarbij ook aandacht is voor koppelkansen.
Verzilveren
Ondanks alle uitdagingen biedt het SPV ook nu al veel kansen. Dat vergt wel de stap naar het praktisch toepasbaar maken van wat al mogelijk is. In het NVC-paper ‘De SPV-gedachte praktisch toepasbaar voor elke wegbeheerder’ is beschreven hoe deze kansen te verzilveren zijn. Klik hier voor de paper
Screenshot van de SPV Viewer, waarin diverse SPI’s met elkaar in verband gebracht kunnen worden. Een voorbeeld vanuit Enschede.
Reactie plaatsen •