Regionaal Mobiliteitsprogramma stimulans voor 23 gemeenten

vrijdag 11 december 2020

Ervaringen uit de Metropoolregio Rotterdam Den Haag

Door:Jacobine Aalberts, CE Delft / Dieneke Mooiman, Berenschot

In de MRDH, de grootstedelijke metropoolregio Rotterdam Den Haag, wonen bijna 2,4 miljoen mensen en werken 23 gemeenten samen aan het verbeteren van de bereikbaarheid en het verduurzamen van mobiliteit. In april van dit jaar is het Programma duurzame mobiliteit bestuurlijk vastgesteld, waarmee de metropoolregio voor het eerst een Regionaal Mobiliteitsprogramma, RMP, heeft opgesteld. In dit artikel geleerde lessen die van nut kunnen zijn bij het opstellen van een RMP.

Gemeenten definiëren ambities rond verduurzaming, maar mobiliteit houdt niet op bij de gemeentegrens. Een groot percentage van de vervoersbewegingen is regionaal van aard. Het regionale schaalniveau is daardoor passend voor samenwerking rond het verduurzamen van mobiliteit. De regionale kenmerken zijn voor ieder in beeld en gemeenten kunnen van elkaar leren. En soms gebeurt er al meer dan wordt gedacht.

Les 1: Definieer een gedragen ambitie
De 23 samenwerkende gemeenten in de MRDH stelden al in een vroeg stadium een ambitie. In 2016 spraken zij in de ‘Uitvoeringsagenda Bereikbaarheid’ de ambitie uit om de CO2-uitstoot door het verkeer fors terug te dringen: 30 procent CO2-reductie in 2025 ten opzichte van 2015. Deze ambitie was een concrete vertaling van de klimaatafspraken uit het Parijsakkoord (2015) en liep zelfs voor op de afspraken in het Klimaatakkoord (2019). Deze ambitie zorgde voor een stip op de horizon.

Door een brede inventarisatie aan het begin van het proces worden oplossingsrichtingen verkend en mogelijke maatregelen in beeld gebracht. Dit biedt handelingsperspectief. Om breed commitment te krijgen voor de regionale opgave helpt het om de ambitie ook lokaal te vertalen. Om bestuurders te betrekken bij de opgave en de uitvoering van de ambitie wordt een bestuurlijk kernteam ingericht. Een zestal wethouders uit verschillende MRDH-gemeenten wordt nauw betrokken bij de totstandkoming van het programma. Dit zorgt voor bestuurlijk draagvlak en verbinding met andere opgaven.

Les 2: - Inventariseer een breed pakket aan maatregelen
Verduurzaming binnen mobiliteit raakt het hele mobiliteitssysteem. De opgave gaat dus zowel over personenvervoer als goederenvervoer en beperkt zich niet tot het wegverkeer. Veranderingen in het systeem worden gerealiseerd door:

  • het terugdringen van het aantal verkeersbewegingen (‘Verminderen’);
  • modal shift naar klimaatvriendelijke vervoerswijzen (‘Veranderen’);
  • het toepassen van zuiniger en schonere brandstoffen en voertuigtechnieken (‘Verschonen’).

Uit de verkenning voor de metropoolregio bleek dat ambitieuze maatregelen op al deze drie V’s nodig zijn om de ambitie te halen. En dat ‘zoete’ maatregelen (zoals investeren in fietsinfrastructuur) nog effectiever zijn als ze worden gecombineerd met ‘zure’ maatregelen (zoals beprijzen of een stringenter parkeerbeleid). Naast lokale maatregelen is er ook gedacht vanuit regionale maatregelen die vallen onder de kerntaken van de MRDH, zoals investeringen in het regionaal ov-systeem.
 

Trias Mobilica MRDH
De 3 V's: Verminderen, Veranderen, Verschonen

 

Les 3: Sluit aan bij Europees en landelijk beleid
Op Europees en nationaal niveau worden belangrijke maatregelen genomen die bijdragen aan CO2-reductie in mobiliteit, bijvoorbeeld de Europese CO2-normering voor voertuigen en landelijke fiscale maatregelen om elektrisch rijden te stimuleren. Het is van belang te weten hoeveel deze maatregelen bijdragen aan de regionale doestellingen en hoe gemeenten en regio met maatregelen dit effect kunnen faciliteren (denk aan de aanleg van voldoende laadinfrastructuur) of uitwerken (denk aan het instellen van de ZE-zones voor stadslogistiek, waarvoor de landelijke ambitie in het Klimaatakkoord is vastgelegd). In de metropoolregio draagt het nationaal en Europees beleid circa 9 procent bij aan de regionale doestelling, de regionale en lokale maatregelen hebben een potentieel effect van circa 7 procent [Bron].

Les 4: Zorg dat de regionale strategie ruimte laat voor lokaal maatwerk
Ook al is de opgave helder, er was geen directe oplossing om tot één aanpak te komen. Iedere gemeente heeft zijn eigen tempo en specifieke kenmerken. Zo zijn er binnen de regio gemeenten met een landelijk, laagstedelijk maar ook met een hoogstedelijk karakter. Dit vraagt om differentiatie en maatwerk. In zo’n situatie past een strategie die ruimte biedt om samen te leren en te zoeken naar de juiste oplossingsrichting. De inventarisatie van maatregelen levert voor de MRDH een menukaart op met feiten en cijfers over circa veertig mogelijke maatregelen die CO2-uitstoot reduceren. Om te zorgen dat elke gemeente een passende bijdrage kan leveren is de effectiviteit per maatregel in beeld gebracht, zodat gemeenten inzicht krijgen in hun bijdrage aan de regionale ambitie van 30 procent reductie.

Les 5: - Verbind doelstellingen voor mobiliteit met bredere klimaatdoelstellingen
Hoewel de ambitie op CO2-reductie moeilijk tastbaar te maken is, dragen veel CO2-reductie-maatregelen ook bij aan het verbeteren van de luchtkwaliteit, het terugdringen van geluidsoverlast of het anders benutten van de openbare ruimte. Duurzame mobiliteit is dan ook niet meer los te zien van de verstedelijkingsopgave, een gezonde leefomgeving en bereikbaarheid. Door duidelijk te communiceren dat maatregelen voor CO2-reductie óók bijdragen aan andere doelen, vergroot dit het bestuurlijk draagvlak voor maatregelen. Tegelijkertijd geldt het ook andersom: inzet vanuit andere beleidsterreinen kan ook bijdragen aan duurzame mobiliteit. Het is daarom belangrijk om de raakvlakken te zoeken en de opgaven te verbinden.

Les 6: Zorg voor kennisuitwisseling en deel geleerde lessen
Deel goede - en minder goede - voorbeelden met elkaar om van te leren. In het Programma duurzame mobiliteit komen maandelijks ambtenaren van de 23 gemeenten bijeen om kennis en informatie uit te wisselen, bijvoorbeeld over de verduurzaming van logistiek, het duurzaam inkopen van zwaar materieel of omtrent deelmobiliteit. In veel gemeenten speelt er zo al het een en ander rond het verduurzamen van mobiliteit. Wat voor de ene gemeente gesneden koek is, levert de andere gemeente nieuwe inzichten op. Kennisuitwisseling en vertellen over goede voorbeelden, werkt inspirerend.

Infographic MRDH
Infographic Regionaal Mobiliteitsprogramma


 

Conclusie
Het opstellen van een Regionaal Mobiliteitsprogramma blijkt een goede stimulans om verduurzaming van mobiliteit concreet vorm te geven. Aanvullend op Europees en nationaal beleid kunnen regio's werken aan klimaatdoelstellingen door vanuit de lokale situatie maatregelen te kiezen die ook bijdragen aan een goede bereikbaarheid en gezonde leefomgeving.

Het voorbeeld uit de metropoolregio laat zien dat samenwerking tussen gemeenten motiveert en nuttig is voor het uitwisselen van kennis en het benutten van de regionale schaalgrootte. Het RMP is daarbij een hulpmiddel dat zich kan blijven ontwikkelen. Een gedragen regionale doelstelling, een brede verkenning van oplossingsrichtingen en ruimte voor lokaal maatwerk worden gezien als essentiële ingrediënten voor een succesvolle inzet van het RMP.

Over de auteurs
Jacobine Aalberts is senior-adviseur duurzame stedelijke mobiliteit bij onderzoeksbureau CE Delft en betrokken bij de effectbepaling van het RMP. Dieneke Mooiman is adviseur duurzame mobiliteit bij organisatieadviesbureau Berenschot en is betrokken bij de programmaontwikkeling.

Meer informatie over het Programma duurzame mobiliteit: mrdh.nl/duurzamemobiliteit.

 

 

 

Infographic MRDH

infographic Regionaal Mobiliteitsprogramma MRDH

mail_outline

Aanmelden voor de nieuwsbrief

Reactie plaatsen

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Lazy-loading is enabled for both <img> and <iframe> tags. If you want certain elements skip lazy-loading, add no-b-lazy class name.