Een elektrische auto? Dan ook zonnepanelen
Zijn energie- en mobiliteitsgedrag van huishoudens te voorspellen? Hoe kun je als gemeente inspelen op veranderingen in dit gedrag? En hoe kun je daarbij duurzaamheid bevorderen? De Technische Universiteit Eindhoven ontwikkelde er een model voor met medewerking van de gemeente Helmond.
Door Ymkje de Boer, VerDuS
Slimme en duurzame steden vereisen meer integrale oplossingen rond energie en vervoer. De onderzoekers van het Europese project DESENT (Smart decision support system for urban energy and transportation) ontwikkelden een serie beslissingondersteunende modellen voor stedelijke energie en vervoer in samenwerking met drie Europese steden: Helmond, Weiz (Oostenrijk) en Steinkjer (Noorwegen).
Tao Feng is universitair hoofddocent stedenbouw en datagedreven mobiliteit in de gebouwde omgeving aan de TU/e. Hij leidde het Nederlandse deel van het Europese DESENT-project dat zich richtte op de relatie mobiliteit en energie. Feng: “Wat we wilden weten, is welke keuzes mensen maken voor hun mobiliteit en energie bij grote levensveranderingen, zoals verandering van baan of de samenstelling van het huishouden. Een hierop gebaseerd voorspellend model, kan gemeenten helpen bij hun verduurzamingsbeleid.”
Wat zou je doen als...
De onderzoekers ontwikkelden een complexe vragenlijst die zowel in Helmond als in Weiz werd uitgezet onder burgers. “We hebben 32 veelvoorkomende profielen ontwikkeld waarin basiskenmerken van huishoudens zijn opgenomen. Denk hierbij aan de samenstelling van het huishouden, eigen autobezit en de werksituatie van een of meer partners in het huishouden. We vroegen de respondenten wat ze zouden doen als ze bijvoorbeeld een baan dichterbij zouden krijgen. Zou dat dan bijvoorbeeld een reden zijn om een e-bike te kopen in plaats van met de auto of het ov te gaan? En als mensen gaan verbouwen, overwegen ze dan zonnepanelen of een warmtepomp te nemen? Kortom, wanneer veranderen mensen hun leefstijl?”
Autodelen nog niet zo favoriet
Hoewel de data uit Helmond nog niet helemaal geanalyseerd zijn, levert het onderzoek via de respondenten in Weiz nu al twee opmerkelijke inzichten op. Feng: “Wat opvalt, is dat een verandering van baan voor veel mensen geen reden is om afstand te doen van de huidige auto. In autodelen lijkt de minste interesse te bestaan; in overschakelen naar een elektrische auto of fiets wel iets meer.”
Wel graag duurzame elektriciteit
Feng: “Het andere opvallende punt is dat er een samenhang is tussen de keuze om elektrisch te gaan rijden en te gaan investeren in eigen zonne-energie. We hebben dit verband nog niet gezien bij de e-bike, maar het zou goed kunnen dat bij de opmars die de e-bike in huishoudens nu aan het maken is, dit verband later nog wel zou kunnen optreden.” Gemeenten zouden er dus goed aan doen om voor verduurzaming een meer integrale aanpak van mobiliteit en energie tegelijk te ontwikkelen. Feng: “Je auto opladen met eigen zonne-energie heeft technisch nog wel wat haken en ogen, maar de gevonden samenhang is wel van belang; zeker omdat het opladen voor mensen op straat met timeslots en dergelijke nog altijd een lastige drempel vormt.”
Steden erg verschillend
Het DESENT-onderzoek heeft de onderzoekers ook inzicht gegeven in de verschillen tussen steden. “Wat niet goed lukte, is het ontwikkelen van modellen die in alle drie de steden goed toepasbaar zijn. Daarvoor zijn de steden te verschillend. Het heeft ook te maken met de beschikbaarheid van basale data. Oostenrijk kent geen onderzoek als het OviN, het Onderzoek Verplaatsingen in Nederland.” Resultaten van het Eindhovense onderzoek worden niet alleen gebruikt door de gemeente Helmond, die hielp bij de opzet van het onderzoek en het aanleveren van de respondenten. Ze worden ook opgenomen in het landelijke activiteitengebaseerde model ALBATROSS dat de verkeersvraag modelleert.
Het consortium van DESENT
Het projectconsortium bestond uit zeven partners in Nederland (TU/e en gemeente Helmond), Oostenrijk (4ward Energy Research GmbH, Weizer Energie-Innovations-Zentrum GmbH, Reiterer & Scherling GmbH en gemeente Weiz) en Noorwegen (SINTEF Energy Research en gemeente Steinkjer).
Smart Regions of the Future
In het onderzoeksprogramma Smart Regions of the Future werken consortia van onderzoekers en praktijkpartijen samen aan vraagstukken rond ruimte, wonen, bereikbaarheid, economie en bestuur. SURF valt onder het kennisinitiatief Verbinden van Duurzame Steden van NWO (inclusief Regieorgaan SIA), het Rijk en Platform31. Onderdeel van SURF zijn dertien projecten die gefinancierd zijn in het kader van 'ERA-NET COFUND Smart Cities and Communities’, een Europees programma waarin Nederland participeert. DESENT is een van deze dertien projecten. Zie deze en eerdere bijdragen op verkeerskunde.nl/wetenschapsnotities.
Reactie plaatsen •