ANWB-leden over toegankelijkheid

Met de ANWB-leden uit het panel van ‘Denk mee met de ANWB’ zijn we in gesprek gegaan over de toegankelijkheid in mobiliteit en van openbare ruimtes. Toegankelijkheid van openbare ruimtes is zeer afhankelijk van of men wel of niet valide is. Minder valide mensen ervaren veel obstakels. Indien men goed mobiel is, ervaart men nagenoeg geen problemen in de bereikbaarheid van locaties. Wel zijn er ergernissen die voor zowel voetgangers, fietsers als autobestuurders verbeterd zouden kunnen worden.

Toegankelijkheid per auto, fiets of lopend

ANWB-leden vinden dat veel publieke ruimtes goed bereikbaar zijn met de auto. Toch ervaart men ook dat binnensteden daarentegen steeds minder toegankelijk worden voor gemotoriseerd verkeer. Zij worden steeds vaker geweerd uit de binnenstad door middel van o.a. milieuzones, voetgangersgebieden, onvoldoende parkeergelegenheid en/of duur parkeerbeleid.

“Het probleem per auto is het parkeerprobleem. Vaak weinig parkeergelegenheid én betalen. Aangezien ik principieel tegen betaald parkeren ben, vermijd ik winkels in dorpen en stadsdelen waar betaald parkeren is.”

“Lopen en fietsen kun je in dit land (bijna) overal. Het valt me wel op dat de bereikbaarheid per auto steeds lastiger wordt.”

Men is blij met de infrastructuur van fietspaden binnen Nederland. Vooral vrij liggende en brede fietspaden worden als prettig ervaren. Wel irriteren leden zich aan slecht onderhouden fietspaden met oneffenheden, dat belemmert de toegankelijkheid.

“Ik vind dat we als Nederland echt trots mogen zijn op onze infrastructuur als het fietsen gaat, maar soms kom je slecht onderhouden paden tegen.”

“Verder komt het wel eens voor dat fiets- of wandelpaden stevige oneffenheden vertonen, waardoor mensen die slecht ter been zijn of makkelijk hun evenwicht verliezen risico lopen.”

Wandelend zijn de meeste publieke ruimtes goed bereikbaar mits er geen wegopbrekingen of obstakels zijn zoals steigers, grof vuil of kapotte/ongelijke stoeptegels. Storende elementen op de stoep zoals reclameborden, auto’s of fietsen die (deels) op de stoep geparkeerd zijn, zorgen ook voor een steeds kleinere plek om (veilig) te wandelen. Vooral minder mobiele mensen, slechtzienden of mensen met een kinderwagen kunnen hierdoor moeite hebben openbare ruimtes te bereiken.

“Vaak staan er borden en andere storende elementen op de stoep en dan is het erg lastig om te passeren. Nu ben ik goed ter been, maar ja, als je kinderwagen, buggy, rollator, rolstoel of scootmobiel bent, is het natuurlijk een heel ander verhaal.”

“Ben je gehandicapt of heb je een scootmobiel / rollator, dan zijn diverse stoepen slecht toegankelijk. Tegels die los zitten, regelmatig missen er opritten om op de stoep te komen en zijn er veel fietsobstakels zodat je er niet doorheen kan. Kom er maar tussendoor met je hulpmiddel, laat staan als je slechtziend ben of blind en je met je stok langs al die obstakels moet.”

Minder validen ervaren beperkte toegankelijkheid

Ondanks alle wet- en regelgeving op dit gebied kan de toegankelijkheid van publieke ruimtes voor mensen in een rolstoel of rollator nog altijd verbeterd worden. Dit ervaren zowel minder validen, maar ook mobiele mensen. Men ziet kansen voor bijvoorbeeld (semi)overheid om meer samen te werken met o.a. gehandicaptenplatforms. Ook beheerders en ontwikkelaars van publieke ruimtes zullen een bredere blik moeten ontwikkelen tijdens de bouw van een project.

“Ik heb zelf geen problemen met toegankelijkheid van publieke ruimtes. Ik zie echter voor de doelgroep gehandicapten, mensen met een beperking, wel vaak obstakels.”

“Ik denk zeker dat vele publieksruimten slecht te bereiken zijn met een rolstoel, ook met krukken heb ik obstakels aangetroffen die niet genomen konden worden en er geen alternatieve voor geboden werden.”

“Ik zie geregeld gebeuren dat een minder valide medemens verschrikkelijk moet manoeuvreren met een rolstoel, rollator of scootmobiel om een gebouw binnen te komen. Ook zie ik wel dat kinderwagens (duo wagens!) soms erg moeilijk toegang hebben tot de supermarkt.”

 
Auteur: Hannes van de Ven, Blauw Research, namens ‘Denk mee met de ANWB’