Automobilisten schatten de afstand tot een fietser met een knipperend achterlicht beter in dan bij een achterlicht dat continu brandt. Dit heeft laboratoriumonderzoek van de Brunel University uit het Verenigd Koninkrijk aangetoond.
Fietsers beter zichtbaar met knipperend achterlicht
Foto: Shutterstock
De onderzoekers kwamen tot de conclusie dat automobilisten fietsers met een continu brandend of knipperend achterlicht beter kunnen zien in het daglicht en het schemerdonker dan fietsers zonder achterlicht. Ook schatten automobilisten de afstand tot de fietser met een achterlicht beter in en hebben ze meer vertrouwen in hun eigen schatting. Bij een regelmatig knipperend of een zogenoemd reactief knipperend achterlicht schatten ze de afstand het beste in. Een reactief knipperend achterlicht heeft een sensor die veranderingen in de omgeving waarneemt, zoals een achteropkomende auto. Daarop gaat het licht sneller en met grotere lichtintensiteit knipperen. Hoewel het wel de bedoeling is van deze technologie, vallen fietsers hiermee volgens het onderzoek dus niet meer op dan fietsers met een regelmatig knipperend achterlicht.
Het onderzoek bestond uit twee experimenten. Daarin kregen 32 ervaren automobilisten meerdere filmpjes te zien, opgenomen vanuit het oogpunt van de bestuurder, bij daglicht en in het schemerdonker. In het eerste experiment moesten ze zo snel mogelijk aangeven of ze wel of geen fietser in beeld zagen door een schakelaar in te drukken. In het tweede experiment moesten ze de afstand van de voorkant van de auto tot de achterkant van de fietser inschatten en daarbij aangeven hoeveel vertrouwen zij in deze schatting hadden. In de filmpjes waren fietsers te zien met een continu brandend achterlicht, een regelmatig knipperend achterlicht, een reactief knipperend achterlicht of geen achterlicht.