Analyse van deelmobiliteit en de bakfietsrevolutie

vrijdag 11 april 2025

De opkomst van deelmobiliteit heeft de afgelopen jaren een aanzienlijke een rol gespeeld in stedelijk mobiliteitsbeleid. Een van de spelers in deze markt was Cargoroo, sinds de oprichting in 2017 actief in verschillende Europese steden. “Deelmobiliteit heeft enorme potentie, maar we worden geconfronteerd met fundamentele uitdagingen, zoals hoge kosten en infrastructuur,” ervaarde Jaron Borensztajn, medeoprichter van Cargoroo. Eind december 2024 werd zijn bedrijf failliet verklaard, nadat het zijn vergunning in Amsterdam verloor aan een concurrent en een geplande investering en overname niet doorging. Hij analyseert de inclusiviteit van dit marktsegment.

Visie

Jaron Borensztajn nam zijn achtergrond in de IT mee naar Cargoroo, dat van een kleinschalig initiatief uitgroeide naar een speler van formaat in grote steden in Nederland, Duitsland en België. Het concept richt zich specifiek op het vervangen van korte autoritten door deelbakfietsen en biedt zo een alternatief voor stadsbewoners die bijvoorbeeld boodschappen of kinderen willen vervoeren.

Bakfietsen brengen echter specifieke uitdagingen met zich mee. De hoge aanschafkosten, tussen de 5.000 en 7.000 euro, en intensieve onderhoudsvereisten maken deze vervoermiddelen relatief duur. Daarnaast speelt de perceptie van mobiliteitskosten een rol: autogebruik wordt vaak als goedkoop ervaren vanwege verborgen kosten, terwijl de huurprijs van een deelbakfiets direct zichtbaar is.

Marktontwikkelingen

De deelmobiliteitssector heeft de afgelopen jaren een sterke ontwikkeling doorgemaakt. Maar optimisme, vooral ingezet door de ‘booming’ deelscooters, maakte snel plaats voor onzekerheid. Deze factoren, samen met stijgende rentetarieven die investeringen duurder maken, hebben geleid tot een afname in de bereidheid om te investeren in de bredere sector, waaronder deelbakfietsen.

Voor Cargoroo verschoof de focus van groei naar winstgevendheid. Een uitdaging, vooral gezien de schaal waarop het bedrijf opereerde: “Te groot voor het servet, te klein voor het tafellaken”, aldus Borensztajn. De veranderende marktdynamiek en de stijgende rentetarieven hebben bijgedragen aan deze moeilijkheden.

Overheidssubsidies

In Nederland verschilt de financiering van deelmobiliteit aanzienlijk van die in andere Europese landen. In Frankrijk, Duitsland en België ontvangen aanbieders vaak overheidssubsidies, terwijl Nederlandse bedrijven grotendeels zelf voor zienend moeten zijn. Sommige gemeenten, zoals Utrecht en Den Haag, erkennen inmiddels het belang van co-financiering, maar structurele ondersteuning op nationaal niveau ontbreekt nog.

Volgens Borensztajn is deelmobiliteit zonder subsidies buiten de grote steden commercieel nauwelijks haalbaar. Dit aspect heeft geleid tot consolidatie in de sector, waarbij bedrijven meerdere vervoersmodaliteiten proberen aan te bieden om levensvatbaar te blijven.

Infrastructuur en beleid

Bijkomende uitdagingen zijn de stedelijke infrastructuur en de beleidskaders. Het toewijzen van ruimte voor deelbakfietsen blijkt een tijdsintensief proces. In sommige landen, zoals Duitsland, worden bakfietsen eenvoudigweg in parkeervakken geplaatst. In Nederland zijn er echter vaak aparte afdelingen verantwoordelijk voor parkeren en deelmobiliteit, wat de besluitvorming bemoeilijkt.

Cargoroo koos voor een station-based aanpak, waarbij bakfietsen op vaste locaties worden geparkeerd. Dit vermindert ongecontroleerde ophopingen en sluit aan bij het gebruikspatroon van bakfietsen, die vaak voor retourritten worden gebruikt.


Inclusiviteit en toekomst


Deelbakfietsen hebben in sommige steden bijgedragen aan het terugdringen van autogebruik. Ze maken mobiliteit bovendien toegankelijker voor groepen die geen eigen bakfiets of auto kunnen betalen, zoals studenten, gezinnen met een lager inkomen en ouderen. Door het delen van bakfietsen kunnen meer mensen profiteren van dit duurzame vervoermiddel zonder hoge aanschafkosten. In Utrecht worden ze bijvoorbeeld gezien als een middel om autogebruik te verminderen en daarmee in het bevorderen van duurzamere stedelijke mobiliteit. Ook kunnen deelbakfietsen een rol spelen bij een inclusief en ‘eerlijk’ mobiliteitssysteem. “Een bakfiets wordt vaak gebruikt voor ritten die anders met de auto worden gedaan worden, en stelt mensen daarmee in staat om zonder auto toch de boodschappen te doen, de kinderen te brengen, enzovoort”, stelt Borensztajn.

De toekomst van deelmobiliteit hangt echter af van politieke en publieke steun. Zo heeft het Platform Natuurlijk Deelmobiliteit, opgericht door het ministerie van IenW, ambitieuze doelen gesteld voor 2030. Maar zonder concrete budgetten blijft het een uitdaging om deze doelen te bereiken.

Conclusie

Deelmobiliteit, en specifiek deelbakfietsen, kan een belangrijke rol spelen in het verduurzamen van stedelijke mobiliteit. De ervaringen van Cargoroo tonen echter aan dat structurele aanpassingen in financiering, infrastructuur en beleidskaders noodzakelijk zijn om deze sector te laten groeien. “Een bredere samenwerking tussen overheden, bedrijven en gebruikers is essentieel om deelmobiliteit toegankelijk en levensvatbaar te maken”, besluit Borensztajn.

(Proef)abonnees ontvangen een clickable pdf of vinden de digitale versie van dit dossier op bieb.acquire.nl.
mail_outline

Aanmelden voor de nieuwsbrief