Arnold Helfrich: 'Gastvrij Zwolle'
Arnold Helfrich, mobiliteitsmakelaar Zwolle-Kampen: 'Ik vraag winkeliers en publiekstrekkers: 'Wat zou je zelf kunnen doen?' en, belangrijk, ik kan ondersteunen in tijd, met advies en met geld vanuit beter Benutten'
Bereikbaarheid en gastvrijheid gaan hand in hand, weet Arnold Helfrich, mobiliteitsmakelaar voor de regio Zwolle-Kampen. In de wandelgang van het Zwolse stadskantoor wordt hij ook wel ’onze mobiliteitsarrangeur’ genoemd. Hij treedt buiten de geijkte mobiliteitspaden en overlegt met name met werkgevers, scholen, winkeliers en publiekstrekkers.
Helfrich start met de verkeerstromen die een mobiliteitsprobleem veroorzaken of kunnen veroorzaken en kijkt vervolgens wie daar een rol in spelen. Zo trekt museum de Fundatie alleen al ruim 300.000 bezoekers meer per jaar, sinds er een immense architectonische ‘wolk’ op het museum is geplaatst. ‘En dan speelt de Fundatie zelf ook graag een rol’, zegt Helfrich’, want het museum ontvangt liever bezoekersstromen die vrolijk en ontspannen binnen komen, dan groepen mensen die onderweg al allerlei hindernissen hebben ondervonden.’
Mobiliteit en gastvrijheid goed te combineren
Helfrich is werkzaam bij adviesbureau &Morgen en van daaruit gedetacheerd bij de gemeente Zwolle om als mobiliteitsmakelaar uitvoering te geven aan het programma Beter Benutten Vervolg. Daarbij ondersteunt hij de provincie Overijssel en de gemeenten Zwolle-Kampen. ’In de praktijk kijk ik naast infrastructuur, verkeersmanagement en gedrag en vooral naar de relatie met de grote werkgevers in de regio, met scholen, winkeliers en publiekstrekkers. Deze contacten worden nog eens gestimuleerd doordat Beter Benutten Zwolle-Kampen ‘bereikbaarheid’ gekoppeld heeft aan ‘gastvrijheid’. Voor bedrijven zijn de doelstellingen mobiliteit en gastvrijheid goed te combineren.’
In de analyse van de Zwolse verkeersstromen valt, naast de gebruikelijke woon-werkspitsen, de zaterdagmiddag spits op. Helfrich: ’Voor de woon-werkfiles zoek ik contact met werkgevers - ‘Is er iets te doen aan werktijden?’ - en met scholen praat ik over lestijden. Voor de zaterdagmiddagspits hebben we met andere doelgroepen te maken. Daarover spreek ik met winkeliers en andere publiekstrekkers. Ik vraag hen om na te denken wat zij zelf kunnen doen. En, belangrijk, ik kan ook ondersteunen in tijd, met advies en met geld vanuit Beter Benutten. Voor publiekstrekkers zijn aankomst- en vertrekroutes nooit hun eerste prioriteit. Een gesprek daarover is vaak nieuw voor ze, maar ze begrijpen al snel het belang, mede vanuit gastvrijheid.’
Als je met kinderen komt
‘Meer dan de helft van de verplaatsingen in deze regio zijn sociaal-recreatief, vervolgt Helfrich. ‘Belangrijk is dat de mobiliteitservaring hier anders is. Zo maak je een bewuste keuze hoe je reist, je accepteert files minder, zeker als je met kinderen komt. En als mensen andere eisen stellen, moet je als wegbeheerder of als publiekstrekker daar ook anders naar kijken. Overigens kunnen oplossingen voor deze verkeerstromen ook goed doorwerken in het woon-werkverkeer. Misschien ervaar je nu eens een rit met het OV, met de OV-fiets of geniet je onverwacht van een recreatieve route met de e-bike naar de stad, in plaats van met de auto via de snelweg. De stap naar een andere vervoerswijze in het sociaal-recreatief verkeer is makkelijker omdat het niet om snel, maar veel meer om prettig gaat. En dat zit overigens vaak in kleine dingen. Denk aan informatie over de laatste trein op publiekslocaties. Die informatie kan een groot verschil maken op hoe je terugkijkt op je dag en op je beleving van het reizen met het openbaar vervoer.
Ander voorbeeld is dat we voor de zaterdagmiddagspits extra parkeermogelijkheden aanbieden. Bijvoorbeeld bij bedrijven die dan gesloten zijn. De snelle ontwikkeling van allerlei apps op je telefoon die je makkelijk naar deze parkeerplaatsen kunnen leiden op zaterdagmiddag, zullen het gebruik ervan zeker doen toenemen. Daarnaast hebben we parkeeracties om het winkelpubliek te scheiden van de ‘dagjesmensen’, bijvoorbeeld door tussen 9 en 11 gratis parkeren aan te bieden. Ook bij parkeren valt op dat comfort voor sociaal-recreatief verkeer zwaarder weegt dan tarief. Bezoekers van de Fundatie trek je bijvoorbeeld niet met een gunstig parkeertarief.’
Als voorbeeld van een ‘gastvrijheidsarrangement’ noemt Helfrich het IJsbeeldenfestival. ‘Dat begint thuis op de evenementensite. Daar kies je voor de auto of de trein. NS plaatste een actie in de NS-Spoordeelwinkel en de organisatie zorgde voor een spandoek tegen de hal, zichtbaar vanaf het station. Vanaf het station hebben we een kerstbomenwandeling gemaakt naar het evenement. Op de snelweg hebben we via een regelscenario de mensen vanaf de (gewenste) snelwegafslag naar de parkeerplaatsen begeleid.
Contacten warm houden
Om de contacten met de, niet-professionele ‘mobiliteitsbeïnvloeders’ warm te houden, organiseren we als Beter Benutten Zwolle-Kampen minimaal vier keer per jaar een overleg met de belangrijkste werkgevers en publiekstrekkers. Dit informele netwerk is belangrijk om te evalueren, ervaringen te delen en nieuwe ideeën te bespreken. Belangrijk is het dat iedereen elkaar kent en weet te vinden. Met name als je kijkt naar wat er gebeurt in het winkelbestand en in de samenleving. Vervoersplannen maak je niet meer voor 20 jaar, de toekomst is minder helder dan voorheen. Het is goed om snel en inventief te kunnen schakelen. In gastvrij Zwolle lukt dat.’
Arnold Helfrich, mobiliteitsmakelaar Zwolle-Kampen in opdracht van Beter Benutten Vervolg
Reactie plaatsen •