Focus op voorzieningen

Martin Courtz is sinds 2022 programmamanager Hub Groningen Drenthe. Hij heeft al twintig jaar ervaring met knooppuntontwikkeling in Drenthe en nu dus ook in Groningen. Het programma kent een kernteam dat zorgt voor verbinding tussen locaties, tussen ontwikkelingen, organisaties, maar vooral tussen mensen.

Courtz: “In de basis zijn de hubs in Groningen en Drenthe ontwikkeld om een goede koppeling te maken tussen verschillend openbaarvervoeraanbod. Want sinds 2019 kunnen reizigers bijvoorbeeld ook gebruikmaken van de hubtaxi. Dit zijn dezelfde taxi’s als het doelgroepenvervoer en wordt in onze regio aangestuurd door Publiek Vervoer Groningen Drenthe. 

Het programma Hub Groningen Drenthe is nu in transitie, zegt Courtz. “We richten ons niet op de mobiliteit, maar op de bereikbaarheid van voorzieningen voor iedereen. Juist in het landelijk gebied zijn de voorzieningen zodanig verspreid dat mensen veel moeten reizen om hiervan gebruik te kunnen maken. Dit zorgt voor een grote afhankelijkheid van de eigen auto en daardoor ook voor een groot deel van onze inwoners die niet zelfstandig gebruik kunnen maken van vervoer omdat ze geen auto kunnen rijden of dit niet kunnen betalen. Om dit te verbeteren kunnen we ons richten op het mobiliteitsaanbod, maar dit zal niet echt effectief zijn. We kunnen beter kijken of we het aanbod van voorzieningen passender kunnen maken. Meer voorzieningen op loop- of fietsafstand zal leiden tot een lagere afhankelijkheid van de auto, waardoor het openbaar vervoer mogelijk wel een alternatief kan zijn.”

Deelauto’s in landelijk gebied

“Deelmobiliteit kan een middel zijn om een passend mobiliteitsaanbod in te vullen, maar moet geen doel op zich zijn. In het landelijk gebied kunnen deelauto’s een rol spelen, maar de insteek is daarbij wel van belang. Als men denkt dat deelauto’s rendabel moeten zijn, dan zal dit niet op korte termijn kunnen. De meeste mensen hebben een auto of een informeel netwerk van familie, vrienden en buren die in de reisbehoefte kunnen voorzien. Een deelauto kan op termijn wel het autobezit verlagen, maar dit doen mensen niet zonder de zekerheid dat de deelauto er ook voor een langere periode blijft staan.”

Knooppunten in de samenleving

“We moeten werken aan knooppunten in de samenleving, waar mensen elkaar informeel ontmoeten”, vervolgt Courtz. “Een plek dus waar men om verschillende redenen gebruik van maakt. Dit kan zijn om verder te reizen, gebruik te maken van een voorziening, te sporten, cultuur te beleven of om gewoon ergens even te zijn. Met deze insteek zal een knooppunt er heel anders uitzien dan de huidige mobiliteitsknooppunten.”

Knooppunten moeten volgens Courtz bijdragen aan de samenleving en iedereen die daar een positieve bijdrage aan kan leveren is welkom. “Of het nu gaat om publiek of privaat maakt niet uit, zolang een sluitende businesscase of winst maar geen doel op zich is, maar een afgeleide van een goed functionerende locatie.”

Courtz besluit: “Mobiliteit is geen doel op zich, maar een middel om mensen deel te kunnen laten nemen aan de samenleving. Daarom moeten we het ook niet hebben over de mobiliteit, maar om de reden waarom men zich moet verplaatsen.”