Addio Vakgenoten Verkeerstechniek, Verkeerskunde, Mobiliteitskunde, Mobiliteitswetenschappen
Na 55 jaar en bijna 15 jaar na mijn pensioen neem ik via deze blog afscheid van een prachtig en maatschappelijk zeer relevant vakgebied. Dat doe ik door terug te blikken op hoe ik ontwikkelingen in het vakgebied de afgelopen jaren heb ervaren, en hoe volgens mij verder gegaan moet worden.
Inleiding
Ik ben trots, maar tegelijkertijd teleurgesteld in het vakgebied dat naar bovengenoemde namen luistert; hoe ambivalent. Teleurgesteld, omdat noodzakelijke veranderingen zo verschrikkelijk langzaam gaan en dan ook nog een beetje chaotisch. Hopelijk is deze chaos een voorteken voor een echte transitie. Want, veranderingen zijn er, hoewel langzaam, zeer langzaam.
Trots ben ik daarentegen omdat jarenlang een aantal dingen echt goed gaan cq zijn gegaan. Ik noem er drie: DVM, dynamisch verkeersmanagement, zaken rondom de fiets en toch ook verkeersveiligheid. Trots ook, omdat in een in 2014 gehouden representatieve vak-enquete door het door mij geïnitieerde ‘Transitieteam Verkeer&Mobiliteit’ wat mankementen van het vakgebied zijn geventileerd, waarvan enkele nu niet meer aan de orde zijn. Met name het toen vastgestelde niet pro-actief zijn van het vakgebied. Hier zit weer een enorme beweging in. Teleurgesteld daarentegen ook omdat er nog te weinig is gedaan met de bevindingen van deze enquête en er nog te veel van de mankementen zijn gebleven. Zie afbeelding 1, hieronder. Genoeg werk aan de winkel! Misschien dat een nieuw onderzoek deze mankementen opnieuw aan het licht of onder de aandacht kan brengen.
Afbeelding 1: Highlights Vak-enquête in 2014
Maar eerst een stukje historie. Dan geef ik ook enkele tips en ideeën over hoe verder en sluit ik deze blog af.
Historie
In 2012 startte ik mijn missie voor een beter functionerend vakgebied met een artikel in het blad Verkeerskunde: ‘Samen kleur geven aan Verkeerskunde’. Op een rijtje gezet zijn achtereenvolgens de volgende activiteiten in gang gezet:
- een eerste vakdebat in maart 2013 wat leidde tot
- de oprichting van het ‘Transitieteam Verkeer&Mobiliteit’ (TT) in 2014. Daaruit zijn weer ontstaan:
- een Denktankdag in Antwerpen (de ‘Scheldegroep’, met o.a. een 30-tal oud-studenten van de toenmalige Verkeersakademie Tilburg),
- een pamflet en
- een Coalition of Willing - toch ca 150 personen - ontstaan vanuit een tweetal LEF-sessies, waarna op 15 oktober 2014 een position paper werd besproken en een aantal werkgroepen op deelonderwerpen aan de slag ging. Zij gaven een tussenstand begin 2015 in aanloop naar
- weer een gezamenlijke bijeenkomst bij de toenmalige NHTV in Breda op 28 april 2015.
Eén van de werkgroepen ‘Netwerk en Omgevingsanalyse’, waar ik deel vanuit maakte, startte met het in beeld brengen van allerlei organisaties die met dit vakdomein van doen hebben. Dat was toch interessant. We kwamen tot een overzicht van zo’n 150 organisaties. Daar is helaas geen follow-up aan gegeven. Toch geen interesse? Het zou een startpunt voor een verkenning kunnen zijn om te komen tot een brancheorganisatie, tot een overkoepelend orgaan voor dit vakgebied. Een organisatie of platform dat zorgt voor samenhang en samenwerking en ‘verkeer en mobiliteit’ integraal een steeds stevige positie in de samenleving geeft.
Naast de, in de vakenquête, vastgestelde ‘versnippering binnen het vakgebied’ is er - mede als gevolg daarvan? - een tweede min of meer ernstig teleurstellende 'eigenschap' van het vakgebied te noemen: een te laag lerend vermogen. Daarover sprak met name Jan Ploeger op 15 februari 2017 ter gelegenheid van het toenmalige samengaan van de Opleiding verkeerskunde van het CROW en NOVI-academie.
Jan Ploeger was destijds, samen met Jan Klinkenberg (Transumo), ook de geestelijke vader van het KMT, het Kennisportaal Mobiliteit en Transport, een overkoepelende databank met als doel het verbinden van kennis en kennissen. Helaas, na wat aarzelende pogingen en bijeenkomsten, blijkt er geen brede interesse te zijn in het opstarten van een Kennisportaal Mobiliteit en Transport 2.0. Om klein en meer overzichtelijk te beginnen is er een voorstel gedaan voor regionale KMT's. Ook hier werd geen gehoor aan gegeven. Ook niet eens tijd gevonden om te onderzoeken wat er gezien dit idee wellicht al ligt in Nederland? Jammer ook dat verdere samenwerking tussen het TransitieTeam en KMT geen wortel schoot. Er zijn wel twee, toen hoopvolle, bijeenkomsten hierover geweest.
Beide eigenschappen - versnippering en laag lerend vermogen - beïnvloeden elkaar natuurlijk. De hamvragen zijn dan:
a) willen we serieus betere verbindingen? En zo ja,
b) hoe zorgen we daarvoor?
Wat mij betreft zit daar dus het doel achter van een prestigieus en gezaghebbend vakgebied. En natuurlijk dito gezaghebbende vakprofessionals. Want daar hebben we er grosso modo gesproken te weinig van.
En toch willen we het kennelijk wel, want nog steeds worden er pogingen in deze richting ondernomen. Ook het NVC (Nationaal verkeerskundecongres) noemt in haar doelstellingen ‘het stimuleren en activeren van een vakbeweging en ruimt hiervoor ieder jaar een plenair programmaonderdeel in. De congresorganisatie zoekt nog naar een constructieve en structurele vorm hiervoor.
Resumerend, overal viel de laatste twintig jaren wel het woord ‘transitie’. De laatste tien jaren zelfs veelvuldiger. Wetenschappelijk wordt er op dit vlak ook veel werk verzet, onder andere door DRIFT. Maar nogmaals, dit vakgebied is toch nog te fragmentarisch qua organisatie, er is geen overall leiding en geen adequate regie.
Ook ik, en met mij NMTM (New Movements in Transport and Mobility), heb er hard aan gewerkt. Ik denk aan onze startbijeenkomst tijdens een ‘mobiliteitsfestival’ om mobiliteit te promoten, op 18 mei 2016 in Roermond. Dankzij een gedreven en enthousiaste wethouder mobiliteit werd een geslaagde ‘Mobility and Transport Innovation Challenge’ gehouden. Zie ook de startbijeenkomst van deze challenge, die als doel had om als een soort karavaan, mobiliteitsfestivals door het land op te zetten. Dat laatste is niet gelukt. Het bleek moeilijk enthousiaste en gedreven politici hiervoor te vinden.
Dan een reeks ‘Mobility meets ....’. Begonnen met ‘Mobility meets ICT’, een schoorvoetend begin om ICT niet alleen voor operationele data-doeleinden en dynamisch verkeersmanagement te gebruiken. Maar ook voor zaken die te maken hebben met het Digitaal Communicatief Systeem en de digitale mobiliteit.
En momenteel loopt ‘Mobility meets Philosophy’. Gestart op 22 november 2019 met een daverende opening, een meeting bij het KIVI in Den Haag: vijf filosofen die een 120-tal vakprofessionals op het pad van anders kijken naar, denken over en omgaan met mobiliteit proberen te zetten. Dat is toch ook een vorm van transitie, misschien wel een basale.
Zo hebben we met het Transitieteam Verkeer&Mobiliteit en NMTM getracht het 'werk aan de winkel' handen en voeten te geven. Steeds onder het motto: verbinden, verbreden, vernieuwen, maar wel met een eigen filosofie daarachter.
Hoe verder?
Ik eindig met wat tips en ideeën.
1. In de dagelijkse praktijk:
Bottum up in buurten laten zien wat de rol, betekenis en functie is van mobiliteit. Immers, in buurten begint mobiliteit, daar moet je dus primair zijn. Hier profiteert niet alleen de gemeente als wegbeheerder van, maar ook de provincies en het rijk. En dan: mobiliteit in de planning en probleemaanpak integreren met andere thema's als zorg, werkgelegenheid, onderwijs. Tip: formuleer eerst een gedegen aanpak/strategie.
2. Meer strategisch:
Tip 1: revival van het KMT (Kennisportal Mobiliteit en Transport). Daar moet dus een budget voor komen. Hoe krijgen we dat voor elkaar?
Tip 2: hanteer het juiste uitgangspunt: Mobiliteit, fysiek en digitaal (virtueel) ontstaat door de communicatiebehoefte van mensen. Er is dus sprake van een communicatief systeem bestaande uit het fysieke Verkeers-/VervoersSysteem (VVS) en het Digitaal Communicatie Systeem (DCS). Zie Van Der Waerden, Berenos, Wets. Ga daarom niet uit van het fysieke verkeers- en vervoersysteem, maar van het communicatief systeem als aanjager van mobiliteit.
Tip 3: Leg de sociale kant van mobiliteit bij het ministerie van SZW. Zo zal nabijheid, in termen van voorzieningen, een zorg moeten zijn voor dit ministerie. Uiteraard in samenwerking met I&W.
Tip 4: Het Digitaal Communicatie Systeem DCS is voor een ministerie die digitalisering in haar portefeuille heeft. Uiteraard weer in samenwerking met I&W.
Tip 5: Er moet (weer) een ministerie van ruimtelijke ordening komen.
Tip 6: Er moet een Interministeriële Raad komen die leidend en stimulerend is voor een visie, die bewaakt, adviseert en regie voert ten aanzien van mobiliteit en samenhangende thema’s! Een IRM(obiliteit).
Interessante tips? Dan nóg is het de grote vraag wie een en ander opneemt. Wie voelt zich eigenaar voor het een of het andere en zet het in gang? Ik ben bang dat het antwoord op deze vraag moeilijk is. Wijlen Peter van Gurp (eerste directeur Verkeersakademie Tilburg, directeur Directie Verkeersveiligheid bij het ministerie) zei altijd tegen mij: “Mike, je hebt geen brievenbus”.
Maar toch…..als eenheid, samenhang, verbinden, verbreden en vernieuwen in dit vakgebied niet gebeurt, blijven we een minder betekenisvolle rol spelen in de samenleving en bij de politiek.
Afrondend
Veel dingen in dit vakgebied worden momenteel echt goed gedaan. Zoals ik hiervoor al noemde, geniet het vak op het gebied van Verkeersmanagement wereldwijd veel aanzien. En natuurlijk, als het over het fenomeen fiets gaat, komt de wereld naar Nederland. En met de verkeersveiligheid is het terugblikkend grosso modo ook iets om trots op te zijn. Echter, vaak zijn het de operationele, korte-termijnzaken die de aandacht hebben en aan de orde komen. Ook blijft het te vaak 'eilanden'-werk in plaats van een archipel te zijn; een versnipperd vakgebied. Dat werd acht jaar geleden ook samen met een 60-tal vakprofessionals uitgesproken bij het eerste vakdebat in 2013. Ook werd het toen een weinig pro-actief vakgebied genoemd. Welnu, dit laatste wordt gelogenstraft.
Anno 2021 zijn er volop activiteiten, pro-activiteit genoeg, maar helaas over het algemeen weinig gericht. Er zijn bijvoorbeeld geen stippen op de horizon, geen gezamenlijk gedragen visie op het fenomeen mobiliteit en op de rol, betekenis en de plek hiervan in onze samenleving. En vooral, er is geen gerichte regie. Zo bleek het eerste geslaagde vakdebat in 2013 vooralsnog een ééndagsvlieg te zijn.
Onmisbaar
Zoals ieder vakgebied van zichzelf zegt: "We zijn onmisbaar voor de samenleving", geldt dat dus ook voor mobiliteit. Een samenleving waarin mensen niet met elkaar kunnen 'verkeren', of breder gezien, kunnen communiceren is ondenkbaar. Dan hoort mobiliteit dus op de politieke agenda, en niet alleen wanneer het over problemen gaat. Maar ook als het gaat om dingen op te bouwen. Helaas is dit nog niet het geval. Deels komt dit door een door het vakgebied zelf veroorzaakte, onderwaardering in de politiek en in de samenleving.
Dit is volgens mij de kern: mobiliteit en het vakgebied kunnen beter functioneren voor mens, samenleving en onze aarde. Maar niet zolang het vakgebied niet goed georganiseerd is. En dat is ook weer terug te voeren op de historie van deze discipline: fysieke mobiliteit is voortgekomen uit de wereld van de wegbeheerders en blijft daar ook een beetje ‘hangen’. Terwijl mobiliteit dus veel verder gaat dan comfortabel en snel, fysiek 'van A naar B'. Lees gerust nog eens mijn ‘Seven pillars of Mobility Wisdom’, of mijn blog in Verkeerskunde: een brede kijk op mobiliteit.
Kortom
Ik sprak een werkzaam leven lang over een prachtig en maatschappelijk zeer relevant vakgebied. Een jong vakgebied ook dat zichzelf nog moet ontdekken. Wie zijn wij? In ‘Verkeerskunde op weg naar volwassen vakgebied’ deed ik drie jaar geleden een poging een antwoord te vinden op deze vraag. De roots liggen bij de weg- en waterbouwkunde, maar daarmee is niet alles gezegd. Het is niet alleen infrastructuur en techniek, het is veel meer, er zit veel meer achter en omheen het fenomeen mobiliteit. Het heeft immers met mens, maatschappij, samenleving en met onze aarde te maken. Ik heb het ‘Shaping Society’ genoemd, waarbij helaas dit ‘why’ van het vakgebied, eigenlijk te weinig op de voorgrond treedt. Waar doen deze vakprofessionals het uiteindelijk voor? Zie afbelding 2.
Afbeelding 2: People don’t buy what you do or how you do it, people buy why you do it (naar Simon Sinek, 2009)
Dit kernpunt heb ik alle jaren als mijn drijfveer meegenomen en aan studenten in Nederland en België/Vlaanderen meegegeven. Inderdaad, dat je ook moet weten wat je doet en hoe, komt op het tweede plan, maar is natuurlijk ook zeer belangrijk.
Nu, na 55 jaren stop ik ermee, bijna vijftien jaar na het begin van mijn pensioen. Ik heb het altijd met veel enthousiasme gedaan. Heb geprobeerd het gedachtegoed vast te leggen in een aantal blogs en publicaties. En geprobeerd te ’activeren’ met het Transitieteam Verkeer&Mobiliteit, dat eigenlijk nooit is opgeheven, maar voor een stukje is voortgezet in de stichting NMTM, New Movements in Transport and Mobility. Opvolgers gevraagd!
Voor mij is het mooi geweest. Addio Verkeerstechniek, Verkeerskunde, Mobiliteitskunde, Mobiliteitswetenschappen…
Mike Bérénos, oud-docent VAT en Universiteit Hasselt, AVB, Transitieteam Verkeer&Mobiliteit, NMTM
Beste Mike,
Dank voor je mooie en diepe woorden, zo waar, zo waar.
Het is goed geweest, voor jou is het nu goed.
Wens je het allerbeste, hartelijke groet,
John Henssen
Ingediend door John Henssen op do, 28/10/2021 - 22:17
Nu moet er wel een nieuwe "Mike" opstaan, want er is nog te veel te doen. Mobiliteit is heel veel meer dan 'asfalt'. Dank Mike voor de inspiratie en de prettige samenwerking!
Ingediend door Monique Bekkenutte op za, 30/10/2021 - 16:21
Reactie plaatsen •