‘Versnellingsprijs’ (tol) en minder verkeersdoden in Nota Mobiliteit
Er komt een zogeheten ‘versnellingsprijs’ op verkeersknelpunten die ’versneld’ worden aangepakt. Deze prijs voor automobilisten wordt pas geheven als er op de knelpunten weer kan worden doorgereden. Ook het aantal verkeersdoden in 2020 kan nog eens met tien procent worden aangescherpt tot 580. Dit staat in de Nota Mobiliteit en de bijbehorende uitvoeringsagenda die op 8 september is gepresenteerd en in november door de Tweede Kamer wordt behandeld.
De beleidsuitgangspunten van de nota zijn niet veel veranderd ten opzichte van deel 1, dat vorig jaar september door minister werd gepresenteerd. In 2020 weet je hoe laat je moet vertrekken om op tijd aan te komen en ook de doorstroming verbetert. 95 Procent van de reizigers arriveert dan op tijd op de plaats van bestemming, zo zijn de ambities. De files zijn 40 procent korter, ondanks een toename van het personenvervoer (20 procent) en het goederenvervoer (40 tot 80 procent).
Voor de uitvoering van deze doelen trekt het kabinet tussen 2010 en 2020 80 miljard euro uit. Ruim 30 miljard euro daarvan is bestemd voor het inlopen van onderhoudsachterstanden. Twintig miljard is bestemd voor nieuwe weginfrastructuur. Maar alleen nieuwe infrastructuur is niet voldoende om de doelstellingen van het kabinet te bereiken en daarom is er sprake van nieuwe ambities en is een andere manier van betalen voor mobiliteit noodzakelijk. In deel 3 is het recente advies van het brede Platform Anders Betalen voor Mobiliteit, verwerkt. Dat voorziet in een kilometerprijs op termijn, en een heffing naar tijd en plaats.
Op kortere termijn wordt gewerkt aan de invoering van een ‘versnellingsprijs’. Provincies kunnen nu een aanvraag doen voor versnelde uitvoering van een MIT-knelpunt in hun regio. Automobilisten betalen achteraf, dus na oplevering van de weg, slechts de kosten van de versnelde uitvoering, dat wil zeggen de rente op de voorfinanciering. ‘En dat gebeurt heel transparant’, aldus minister Peijs, ‘via bijvoorbeeld een website kunnen automobilisten precies zien hoeveel er al betaald is en hoeveel er nog betaald moet worden’. Hoe de versnellingsprijs wordt geheven laat de minister nog in het midden evenals uitspraken over de technische uitvoering van de kilometerheffing op termijn. ‘Ik doe geen uitspraken over de techniek, benadrukt Peijs, ‘zover zijn we nog niet. Het enige dat ik hierover wil zeggen is dat het niet te duur mag zijn’. Ook uitspraken over hoe sluipverkeer kan worden tegengegaan, doet de minister niet. ‘Dit gaan we in overleg met regionale en lokale overheden bekijken’. Duidelijk is wel dat een gratis alternatieve route absolute voorwaarde is voordat een heffing wordt geheven.
Minister Peijs vindt de door het Platform aangegeven kosten voor invoering van een kilometerheffing (eenmalig 3 miljard) en de exploitatiekosten (800 miljoen per jaar) op dit moment nog te hoog en de technologische ontwikkelingen nog te onzeker. Daarom ook wil ze nog niet aangeven wanneer de kilometerheffing kan worden ingevoerd.Het kabinet zal daarom tweejaarlijks bekijken of een besluit over de kilometerprijs financieel verantwoord is.
’Zorgelijk’, zegt P. Nouwen, voorzitter van het platform Anders Betalen voor Mobiliteit’ over de opstelling van de minister. ‘Ze moet nu al opdracht geven met de ontwikkeling van de techniek te gaan beginnen, anders kan kilometerbeprijzing niet op tijd worden ingevoerd’. Zijn hoop is er nu op gevestigd dat de Tweede Kamer de minister tot spoed maant.
Inzake het openbaar vervoer besluit het kabinet onder meer dat er volgens een vaste handleiding regionale netwerkanalyses worden gemaakt waarbij wordt gekeken naar alle soorten vervoer: de weg in samenhang met ov en vervoer over water. Deze analyses moeten er niet alleen voor zorgen dat betrokken partijen - in tegenstelling wat nu nog te veel gebeurt - ‘over dezelfde cijfers’ praten, maar er ook voor zorgen dat de toegang tot de grote steden verbetert, het openbaar vervoer zo goed mogelijk op elkaar aansluit en dat rekening wordt gehouden met het gebruik van de fiets en de auto.
Verkeersveiligheid
De nota scherpt de ambities op het gebied van verkeersveiligheid aan ten opzicht van deel 1. Door innovatief voertuigbeleid, zoals vrachtwagens met detectiesystemen, kan het aantal verkeersdoden met nog eens tien procent dalen tot 580 per jaar in 2020, zo’n halvering ten opzichte van 2003.
De voorziene reductie van de uitstoot van fijn stof en NOx met 40 procent in 2020 komt volgens de nota onder meer tot stand door een forse investering in de aanpak van knelpunten en bevordering van de doorstroming ondanks de groei van het verkeer.
De hele nota is te downloaden via www. notamobiliteit.nl
Reactie plaatsen •