TU Delft volgt Delfts spoortunnelproject vanuit de ruimte
Mogelijke verzakkingen van gebouwen tijdens de aanleg van de Delftse
spoortunnel kunnen met millimeterprecisie worden gemonitord vanuit de
ruimte. Studenten van de masteropleiding Geomatics van de TU Delft
hebben dit aangetoond. Ze hebben met de satelliettechnologie onder meer
laten zien dat sommige huizen van Delft nu ook al bewegen, maar dan door
andere oorzaken.
Nieuwe methode
Grote infrastructuurprojecten zoals de Amsterdamse Noord-Zuidlijn of de
Haagse tramtunnel kunnen gepaard gaan met zettingen van de ondergrond,
en daardoor aanzienlijke schade veroorzaken aan de bebouwing. Hoewel er
bij de aanleg alles aan wordt gedaan om schade te voorkomen, worden er
toch duizenden metingen uitgevoerd om de stabiliteit van de bebouwing te
volgen. Dit is vaak beperkt tot de directe omgeving van de
bouwactiviteiten en tijdens de meest intensieve bouwperioden. De
studenten hebben een methode ontwikkeld om deze informatie nu eenvoudig
uit satellietmetingen te halen.
Radargolven
Hierdoor is het mogelijk om wekelijks nieuwe metingen te doen, voor een
veel groter gebied, en gedurende vele jaren voor, tijdens en na de
tunnelbouw. De techniek werkt met radargolven uitgezonden door
satellieten, en is in staat verzakkingen of scheefstand van objecten te
meten. Scheefstand in de orde van een paar milligraden blijkt meetbaar,
terwijl verzakkingen met een precisie van een millimeter kan worden
bepaald. Per vierkante kilometer kunnen duizenden punten binnen enkele
seconden worden gemeten.
Nauwkeurig
Uit het onderzoek bleek dat de techniek nog preciezer was dan gedacht.
Zo kon het uitzetten van een aantal hoge gebouwen in Delft door
temperatuursveranderingen worden bepaald, waardoor de studenten de
materiaaleigenschappen van gebouwen vanuit de ruimte konden bepalen.
De Delftse studenten stellen dat de TU Delft deze metingen moeten
blijven uitvoeren in de komende bouwjaren. Hierdoor is op een volstrekt
onafhankelijke manier te bepalen hoe de stad, inclusief de historische
binnenstad, reageert op de bouwactiviteiten.
Auteur: Joske van Lith
Reactie plaatsen •