TRANS-FORM ontwikkelt geïntegreerd model ov-verstoringen
Hoe werken verstoringen in ov-netwerken op elkaar door? En hoe kan de impact ervan voor reizigers worden verminderd? Inzicht in en modellering van het gedrag van reizigers in de verschillende ov-netwerken helpt. Zo blijkt uit het vrij beschikbare geïntegreerde model dat in het Europese onderzoeksproject TRANS-FORM is ontwikkeld.
Door Ymkje de Boer, VerDus
Het ov-systeem is in feite een meerlaags netwerk. Het bestaat uit het regionale spoornetwerk, het stedelijke tram- en busnetwerk en de reizigersstromen binnen stations, vertelt onderzoeker Menno Yap van de TU Delft. “Een vertraagde trein kan er bijvoorbeeld toe leiden dat een reiziger zijn geplande aansluiting op een tram of bus mist. Daarnaast kunnen vertraagde en drukkere treinen leiden tot een plotselinge toename in drukte op de stations. Ook beheersmaatregelen op een bepaald netwerkniveau, zoals op het spoornetwerk, kunnen de mate beïnvloeden waarin een verstoring doorwerkt naar een ander netwerkniveau. In het project TRANS-FORM hebben wij reizigersstromen en -gedrag in multimodale ov-netwerken geanalyseerd en gemodelleerd, met name tijdens verstoringen in het ov. Op basis hiervan hebben we strategieën ontwikkeld en getest om de impact van deze verstoringen op reizigers te verminderen.”
Alles letterlijk in beeld
Om reizigersgedrag tijdens verstoringen beter te kunnen begrijpen, zijn verschillende databronnen ingezet, zoals OV-Chipkaartdata, voertuiglocatiedata en data van sensoren op stations. Zo is inzichtelijk geworden hoe reizigersstromen zich bewegen op en tussen de verschillende ov-netwerkniveaus. Ook is er meer inzicht ontstaan in hoe reizigers drukte in een tram of bus ervaren op basis van hun daadwerkelijk vertoond gedrag. Yap: “We weten nu ook beter hoe reizigers hun route- en vervoerwijzekeuze aanpassen tijdens verstoringen, en hoe reizigers zich gedragen in drukke stations. We hebben vervolgens een visualisatietool ontwikkeld, waarmee reizigersstromen en de vertraagde en drukker geworden voertuigen bij verstoringen in beeld worden gebracht. Zo kunnen besluitvormers snel zien waar ze moeten bijsturen.”
Vrij toegankelijke modelintegratie
TRANS-FORM heeft drie modellen geïntegreerd: een model om de bijsturing van treinen te kunnen optimaliseren, een agent-based dynamisch simulatiemodel om reizigers op stedelijke ov-netwerken te simuleren en een loopstromenmodel van individuele reizigers binnen stations. Yap: “Zo kan nu bijvoorbeeld de impact van een verstoring op het spoornetwerk voor het totale ov-netwerk voorspeld worden. Waar de ov-sector traditioneel vooral kijkt naar de impact van een treinverstoring op het spoornetwerk, laat het nu ook zien wat de impact hiervan is op de stations (extra drukte, langere looptijden) en op het stedelijke ov-netwerk (gemiste aansluitingen, meer drukte in bepaalde trams en bussen).” Het ontwikkelde instrumentarium is getest en vrij toegankelijk voor wetenschap en praktijk om te gebruiken of verder te ontwikkelen. Daarnaast heeft TRANS-FORM methoden ontwikkeld om kortetermijnvoorspellingen van reizigersstromen te kunnen doen. Hiermee zijn diverse – geplande en real-time – bijsturingsstrategieën ontwikkeld en getest met als doel om ook de impact van verstoringen voor ov-reizigers te verminderen.
Nederlandse casus: geef vertraagde overstappers voorrang
Als casus voor de Nederlandse situatie gebruikten de onderzoekers een fictieve verstoring op het spoor tussen Schiphol en Leiden. Yap: “De – in geld uitgedrukte – maatschappelijke kosten van deze verstoring voor reizigers op het spoornetwerk zijn met behulp van simulatiemodellen geschat op circa 80.000 euro. Daarnaast werkte deze verstoring door naar het stedelijke ov-netwerk waarvoor een impact van circa 7.000 euro is berekend. Vervolgens hebben we verschillende bijsturingsstrategieën getest en gesimuleerd. Een strategie waarbij treinen met veel overstappende reizigers naar het stedelijke ov-netwerk voorrang kregen, verminderde de impact van deze verstoring voor het stedelijke ov-netwerk met circa 15-25 procent, zonder de verstoringsimpact op het spoornetwerk zelf te vergroten.”
Het consortium van TRANS-FORM
Het projectconsortium bestond uit vijf partners uit vier landen, waarvan vier academische partners en één industriële partner. Dit waren de TU Delft, Blekinge Institute of Technology (Zweden), Linköping University (Zweden), École Polytechnique Fédérale de Lausanne (Zwitserland) en het bedrijf ETRA I + D (Spanje). De projectcoördinatie was in handen van dr. Oded Cats (TUD).
TRANS-FORM werd uitgevoerd in het kader van het Smart Public Transport Lab.
SURF
In het onderzoeksprogramma Smart Regions of the Future werken consortia van onderzoekers en praktijkpartijen samen aan vraagstukken rond ruimte, wonen, bereikbaarheid, economie en bestuur. SURF valt onder het kennisinitiatief Verbinden van Duurzame Steden (VerDuS) van NWO, het Rijk, Platform31 en Regieorgaan SIA. Onderdeel van SURF zijn dertien projecten die gefinancierd zijn in het kader van 'ERA-NET COFUND Smart Cities and Communities’, een Europees programma waarin Nederland participeert. TRANS-FORM is een van deze dertien projecten.
Reactie plaatsen •