Stadsfiles aanpakken met flexibele rood-groentijden
Meer oranje op straat door meer rood-groenwisselingen in verkeerslichten. Daarmee stroomt het stadsverkeer beter door. Extra cycli in de verkeersregeltechniek kunnen namelijk - hoe paradoxaal ook - de verwerkingscapaciteit met 5 procent opvijzelen. Dat claimt ing. Erik Jongenotter van adviesbureau Witteveen+Bos met GreenLogic, een door dit bureau ontwikkelde aanpassing van de regeltechniek.
Deze variant op zogeheten adaptieve regelingen voor VRI’s, kreeg dit jaar de 'Vernufteling'-prijs, een aanmoedigingsprijs van het tijdschrift 'De Ingenieur', ONRI en KIVI-NIRIA. Gloednieuw is GreenLogic niet. Lokaal 'draait' het al sinds 2003 op een Arnhemse en Nieuwegeinse kruising. Ook bewijst het zijn diensten op knooppunt Hooipolder, A16/A59, in Noord-Brabant. Kenmerk van GreenLogic is dat het voor de kruispuntafwikkeling geen gebruik maakt van hiaattijden én ook de maximale groentijd op voorhand niet is vastgelegd.
Bij conventionele regelingen is dat wel gebruikelijk voor de hoofdrichting. Jongenotter: 'Vaak wordt die maximale groentijd handmatig vastgesteld op basis van statistieken of visuele waarneming. Ziet men op straat dat twee auto's het laatste groen net niet halen, dan wordt bijvoorbeeld die maximale groentijd verhoogd van 20 naar 25 seconden. Voor alle richtingen leidt dat echter niet tot een optimale groentijdverdeling.'
In Aalsmeer, bij de overgang van een provinciale naar een gemeentelijke weg, wordt binnenkort geheel afgestapt van elke vorm van hiaattijden en maximale groentijden.
Innovatieve technieken bij verkeersregeling worden tot nu toe mondjesmaat toegepast, stelt Ad Wilson, deskundige verkeersregeltechniek van het gelijknamig adviesbureau uit Udenhout. ‘Een sterke vernieuwingsdrang lijkt daarvoor te ontbreken, maar ook krappe onderhoudsbudgetten spelen daarbij een rol.’ Wilson hamert al lang op het aambeeld dat zonder regelmatig onderhoud de doorstromingscapaciteit op VRI-kruispunten jaarlijks met 3 procent vermindert. 'In vijf jaar is dat cumulatief al gauw 18 procent. Filebestrijding gaat altijd over het hoofdwegennet, terwijl het aantal stedelijke voertuigverliesuren 2,5 keer zo veel bedraagt. Bovendien geven zakelijke berekeningen aan dat met slechts 3 of 4 procent van het budget voor landelijke filebestrijding op lokaal/stedelijk niveau dezelfde maatschappelijke winst kan worden geboekt.’
Jongenotter vermoedt dat de recente aandacht voor luchtkwaliteit een kentering teweeg kan brengen. Volgens hem kan met systemen à la GreenLogic de stedelijke congestie en daarmee de luchtverontreiniging sterk worden teruggedrongen.
Overigens werkt het GreenLogic-concept alleen op individueel geregelde kruispunten. Wilson taxeert het aantal VRI's in Nederland op 5500, waarvan zeker de helft in een stedelijk netwerk ligt. Hij verwacht overigens meer effect op verkeersdoorstroming en luchtkwaliteit door uitbreiding en perfectionering van netwerkregelingen dan door 'stand-alone'-aanpassingen zoals GreenLogic.
Reactie plaatsen •