ROA investeert in nieuwe locaties voor OV-fiets
De snelle groei van het aantal verhuurlocaties, gebruikers en ritten van de OV-fiets zet ook dit jaar onverminderd door. Daarbij treden vervoersautoriteiten en gemeenten in toenemende mate op als financier. Het ROA neemt bijvoorbeeld de kosten voor het openen van tien nieuwe verhuurlocaties voor haar rekening.
Sinds de recente openingen van huurlocaties in Zwolle en Arnhem, is Schiphol het laatste grote station waar de OV-fiets nog geen voet aan de grond heeft gekregen. Maar daarin komt in de loop van 2006 verandering, dankzij het besluit van het ROA om 180.000 euro te investeren in het plaatsen van fietskluizen, scanapparatuur en de uitgave van pasjes.
Andere stations in het ROA-gebied waar verhuur van OV-fietsen binnenkort mogelijk wordt, zijn: Amsterdam Bijlmer, Amsterdam Lelylaan, Nieuw-Vennep, Diemen, Diemen-Zuid, Duivendrecht, Krommenie-Assendelft, Purmerend en Purmerend Overwhere. Deze investering volgt op een onlangs gehouden onderzoek naar de kansen voor gecombineerde verplaatsingen per fiets en openbaar vervoer.
Zo zullen er begin 2006 naar verwachting 100 huurlocaties van OV-fietsen zijn, een verdubbeling in twee jaar tijd. Ook het aantal ritten groeit snel, met 10 procent per maand. In 2004 noteerde de Stichting OV-fiets 100.000 ritten. Dit jaar lijkt het streefaantal van 200.000 te worden gehaald. Het business plan mikt voor 2006 op 400.000 verplaatsingen.
De meeste gebruikers zijn te vinden in Hilversum (1724) in verband met een bedrijfscontract met omroeporganisaties, gevolgd door Den Haag (1661) en Utrecht (1611). Landelijk gezien is het aantal zakelijke gebruikers in de meerderheid. Evenveel mannen als vrouwen beschikken over een pas.
Voor de toekomst zijn volgens woordvoerder Marc Maartens verschillende groeiscenario’s uitgewerkt. ‘Eén miljoen ritten is over een paar jaar best haalbaar. Op termijn is 2 tot 5 miljoen ritten wellicht ook mogelijk. Lijkt veel, maar met 3 miljoen ritten heb je 1 procent van het natransport van het openbaar vervoer in handen. Je moet dan wel over voldoende stallingsruimte kunnen beschikken.’
Treintaxi maakte een aantal jaren geleden eenzelfde onstuimige groei door, waarbij het succes deze vervoersvorm uiteindelijk fataal werd. Maartens is niet bang voor een dergelijk scenario. ‘Treintaxi was afhankelijk van subsidie. Het ziet er naar uit dat OV-fiets vanaf eind volgend jaar kostendekkend kan draaien. Tot nu toe is ook nog geen stalling wegens gebrek aan belangstelling afgevallen.’
Brede interesse
Het valt Maartens op dat naast partijen in de spoorsector ook steeds meer ov-autoriteiten en gemeenten geïnteresseerd raken. ‘Voor hen spelen ook andere factoren een rol, zoals milieu, gezondheid, veiligheid en ruimtebesparing.’
Daarom mikt OV-fiets niet alleen op NS-stations, maar ook op andere ov-knooppunten, zoals het busstation in Amstelveen en binnenkort ook transferium Westraven in Utrecht. Waarschijnlijk zal de OV-fiets over enige tijd ook te huur zijn op P+R-locaties.
Daarnaast heeft Gelderland besloten om huurlocaties in te richten op diverse busstations. In het streekvervoer is dat wat lastiger omdat bestaande stallingen veelal ontbreken. Daarom ontwikkelt de provincie een tussenvorm tussen kluis en stalling. Reizigers krijgen dan met hun pasje toegang tot een ruimte waar meerdere OV-fietsen zijn gestald. Dit wordt bekostigd uit het innovatieprogramma van de provincie.
Reactie plaatsen •