Programma Ruimte en Mobiliteit ziet halverwege al een vruchtbare oogst
Kantoren bouwen op locaties die niet optimaal liggen ten opzichte van een nieuw te bouwen stations. Architectonische hoogstandjes die omwille van de verkeersveiligheid achteraf worden ontsierd door een verkeersdrempel of snelheidsremmende bloembak. Het programma Ruimte en Mobiliteit wil deze, vaak kostbare, ergernissen voorgoed uitbannen. Hoe? Verkeerskundigen en ruimtelijke ordenaars moeten elkaar vaker in de ogen kijken, het liefst al bij de tekentafel.
Programmanager Rianne Zandee van het Kennisplatform Verkeer en Vervoer (KpVV) kijkt halverwege het driejarige programma Ruimte en Mobiliteit optimistisch naar de nog resterende (loop)tijd. ‘We begonnen vanuit de aanname dat de verkeerskundige component onvoldoende werd betrokken bij ruimtelijke plannen en dat de ruimtelijke mogelijkheden bij de aanleg van nieuwe infrastructuur onvoldoende werden benut.‘ Inmiddels is Zandee er genuanceerder over gaan denken. ‘Als je kijkt naar de inzendingen voor de Ruimte en Mobiliteitsprijs (op 6 oktober uitgereikt - red.) dan zie je dat er toch al meer gebeurt dan vooraf werd verondersteld. De infrastructurele component wordt in veel plannen al redelijk goed meegenomen.’ Toch is er nog veel werk aan de winkel en niet in de laatste plaats omdat het programma ambitieus is. Zandee: ‘We gaan naar de mensen toe. Er is, onder meer in het voorgaande programma ‘Mobiliteitstoets’, veel geïnvesteerd in kencijfers, tools en handleidingen, maar we zijn tot de conclusie gekomen dat je eerst moet zaaien - dat wil zeggen communiceren over het belang van een goede samenwerking - voordat je kunt oogsten, en dat wil zeggen, voordat de tools echt effectief kunnen werken.’
De uitvoerende ‘ruimte en verkeerspartijen’ (KpVV in samenwerking met CROW, NIROV en Vereniging Stadswerk Nederland) hebben bij de start een breed opgezette gebruikers(advies)raad ingesteld die in twee workshops een volle ideeënagenda heeft opgeleverd. Dat heeft onder meer al geresulteerd in een op 23 juni gehouden kick off congres over value capturing: het (her)investeren in ruimte en infrastructuur van de extra winst die wordt gegeneerd door optimale afstemming van die ruimte en infrastructuur. Concreet: de winst uit verhoogde grondwaarde door ruimtelijke ontwikkeling ‘terugsluizen’ in de aanleg van ontsluitingswegen en openbaar vervoer. De animo voor dit ‘kennismakingscongres’ voor verkeerskundigen, ruimtelijke ordenaars, projectontwikkelaars, bestuurders en financiers was aanleiding voor de ontwikkeling van een ‘dun boekje’ met alle ins en outs dat zeker binnen het komende anderhalf jaar kan verschijnen. Daarnaast wordt hard getrokken aan integratie van verkeer en ruimte op de onderwijsinstellingen voor ruimte en verkeer en ook gewerkt aan ‘bijscholing’ van verkeerskundigen via literatuur, symposia of cursussen.
Vliegende brigades
Verder wordt het idee van de zogenaamde ‘vliegende brigades’ vormgegeven, een hulpbrigade die vanuit het KpVV opereert en actief kan inspelen op concrete impasses op het raakvlak van ruimte en verkeer. Een goed voorbeeld was de hulp die werd ingeroepen door het stadsgewest Haaglanden bij het uitwerken van een visie op de ontwikkeling van woongebieden langs ov-assen. De brigade organiseerde daartoe een workshop waarvoor alle stakeholders voor ruimte en vervoer werden uitgenodigd. ‘Iedereen nam die uitnodiging aan en gaf zijn visie op de plannen’, aldus Zandee.
Intussen is een overzicht van alle activiteiten beschikbaar via de site www.ruimte-mobiliteit,nl. Deze wordt nog voor het eind van het programma aangevuld met een database ‘best practices’. Ten slotte werkt een groep ‘bruggenbouwers’ aan de uitwisseling van informatieve artikelen in ruimte- en verkeers(vak)bladen.
Reactie plaatsen •