Politieke woordvoerders over verlichting (VK 6/2010)

Sharon Dijksma, PvdA:

Gemeenten moeten kennis uitwisselen

‘Openbare verlichting draagt bij aan de (verkeers)veiligheid op straat en heeft daardoor een zeer belangrijke functie. Daarom moeten allereerst de klachten over defecte straatverlichting en het uitblijven van actie vanuit gemeenten een absolute prioriteit krijgen. De landelijke politiek gaat echter niet over de vraag welke locaties in welke mate verlicht dienen te worden. Daar gaan lokale en regionale politici over.

Een aandachtsveld voor de landelijke politiek dat meer prioriteit verdient, is volgens de PvdA het aanjagen van technologische vernieuwing om zo de verlichting zuiniger te maken. We zouden aanzienlijk kunnen besparen op het elektriciteitsverbruik van straatverlichting. Sommige gemeentes experimenteren al met zuiniger (led)verlichting. In veel andere gemeentes worden eveneens initiatieven voorbereid. De gemeenten moeten proberen van elkaar te leren en te zorgen voor snelle uitwisseling van de kennis over mogelijkheden. We moeten niet allemaal proberen het wiel uit te vinden en de mogelijkheden voor besparing ongebruikt laten.’

Carlie Aptroot, VVD:

Steun aan ledpilots

‘Goede openbare verlichting is van groot belang. Voor de VVD staan daarbij de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid voorop. Verkeersdeelnemers moeten goed zicht hebben op de weg en andere weggebruikers, mensen moeten zich veilig voelen op straat.

Als we de openbare wegen verlichten dan slim en duurzaam. Ledverlichting is zo'n duurzaam alternatief en  kan tot 70 procent energie besparen ten opzichte van traditionele verlichting. De pilots die op dit moment in verschillende gemeenten lopen worden door de VVD van harte ondersteund. Meer veiligheid tegen lagere kosten en minder milieubelasting is wat wij willen.’

Farshad Bashir, SP:

Landelijk meldnummer openbare verlichting

‘Op straatverlichting is veel aan te merken. Zo zijn buurten onveilig wegens het gebrek aan licht en andere delen van het land worden milieuonvriendelijk overbelicht. Hier ligt voor (lokale) overheden een grote uitdaging. Maar ook mensen kunnen hierbij helpen, maar dan moet de overheid zich wel hiervoor openstellen. Mensen kunnen er bijvoorbeeld op wijzen waar de verlichting onzinnig brandt zoals ’s nachts in een tramtunnel waar alleen overdag trams rijden of overdag waar voldoende daglicht is. Mensen kunnen ook helpen te signaleren wanneer lichten ontbreken of stuk zijn. Een makkelijk landelijk nummer waarin al deze meldingen gedaan kunnen worden, zal de verlichting verder kunnen helpen. Dan hoeven mensen niet op zoek te gaan naar de wegbeheerder, en kan de overheid meteen na de melding aan de slag.’

 
Auteur: Eveline Korving