ParkShuttle Capelle 'on the road again'

'ParkShuttle gaat nu echt rijden' juichten lokale, Rotterdamse kranten nog in 2005. En inderdaad, na uitval door een botsing, een brand en een faillissement, komt die voorspelling alsnog uit. Sinds begin september leggen onbemande ParkShuttles met een vervoerscapaciteit van 22 personen elke werkdag het 1,8 kilometer lange traject tussen metrostation Kralingse Zoom en het bedrijventerrein Rivium in Capelle aan den IJssel af.

Drijvende kracht achter dit elektronische, eerste Nederlandse onbemande ov-middel is Connexxion dat na technologische verbeteringen goede hoop koestert dat deze 'peoplemover' een blijvertje kan worden. 'De datacommunicatie is verbeterd om storingen te voorkomen. Er zijn langs het parcours extra camera's geplaatst en de toegang tot verschillende delen van de software is beperkt om handelingsfouten te voorkomen', meldt Connexxion-woordvoerster Danielle Meijne. Belangrijke 'spaak in het wiel' voor de herstart was het faillissement van FROG (free ranging on grid) dat ‘tekende’ voor de elektronische voertuiggeleiding. 'Het bedrijf is inmiddels herstart en richt zich nu hoofdzakelijk op industriële systemen, maar ze hebben beloofd medewerking te verlenen aan dit project', aldus Connexxion.
Het ParkShuttle-vervoerconcept maakt gebruik van moderne technologie. De voertuigen zelf zijn evenwel wat betreft chassis, assen, aandrijfmotor, besturing, veren en remmen gebaseerd op de elektrische ECObus Zeus (zero emission urban shuttle) die in veel Italiaanse steden rijden.
De shuttles, die in de spits elke drie minuten en daarbuiten op afroep rijden, worden gestuurd op basis van magneetvelden in het wegdek. TNO testte voor de herstart een geavanceerd obstakeldetectiesysteem. Bij de deuren zijn antiklembeveiligingen aangebracht. Langs het parcours staan hekken om misbruik tegen te gaan.
Connexxion claimt voor de shuttles een CO2-uitstoot per reizigerskilometer van 35,7 gram tegen 64,5 gram voor de stadsbus.
Volautomatisch, onbemand vervoer met kleine cabines bevindt zich al decennialang in de experimentele fase. Begin jaren ’70 van de vorige eeuw werd bijvoorbeeld in het Duitse Hagen geëxperimenteerd met een monorailachtig CAT-systeem.
Of de tijd nu rijp is voor een doorbraak, moet nog blijken. Behalve de ParkShuttle in Capelle aan den IJssel is een volautomatische 'peoplemover' nu eveneens in voorbereiding op het Londense vliegveld Heathrow met zogeheten ULTRA-cabines (Ultra light transport) van bouwer Advanced Transport Systems Ltd. uit Bristol. Voorjaar 2009 moet dit systeem operationeel zijn.

Promotiefilmpje
Eén van de Nederlandse gemeenten die zich al langer oriënteert op onbemande monorail met kleine vervoerscabines is Almelo. De stad participeerde eerder in het Europese EDICT-programma waaraan ook steden als Cardiff, Huddinge (Zweden) en Ciampino (Italië) deelnamen.
Hoe monorailachtig vervoer er in de praktijk uit kan zien, demonstreert de Twentse gemeente tot half november in een plaatselijk informatiecentrum. Hier zijn in samenwerking met de Infra-divisie van Heijmans twee cabines opgesteld. Via een promotiefilmpje ziet het publiek hoe het zich van het ziekenhuis Twenteborg in vier minuten kan verplaatsen naar het stadscentrum. Eerder ontwikkelde de gemeente plannen voor een vergelijkbaar vervoersysteem tussen het NS-station en de nieuwbouwwijk Waterrijk.
Voor PRT (personal rapid transit) in Almelo zou een bedrag van 40 miljoen euro geïnvesteerd moeten worden. Volgens Almelo kan PRT in veel middelgrote gemeenten een duurzaam, energie-, milieu- en ruimtesparend vervoersalternatief bieden. Heijmans Infrastructuur presenteerde vorig jaar voor de Benelux het Ultra-concept als alternatief voor ov en lightrail. Het zou een snelle verbinding kunnen vormen van en naar parkeerlocaties en publiekstrekkers als winkel- en recreatiecentra of beurscomplexen. Dit systeem met lasergestuurde, elektrische cabines over een verhoogde betonnen baan zou een vervoerscapaciteit kunnen bieden van 4800 personen per uur.