Op waterstof door de Amsterdamse grachten
Een droom Jules Verne waardig: met waterstof als energiedrager varen door de Amsterdamse wateren. Een stille ‘zero-emissie’-boot zal forensen en toeristen gaan vervoeren zonder de lucht te vervuilen en broeikasgassen uit te stoten.
In de eerste helft van 2008 zal de eerste waterstofboot in Amsterdam te water worden gelaten. Drijvende kracht achter de boot is de Fuel Cell Boat, een consortium van vijf Nederlandse bedrijven: Alewijnse, Integral, Linde Gas, Rederij Lovers en Marine Service Noord. Lovers gaat de rondvaartboot exploiteren. Het plan is dat Shell Amsterdam de boot dagelijks in de spits zal inzetten om ongeveer 600 medewerkers over het IJ te vervoeren. Overdag zal de boot als rondvaartboot dienstdoen. Er is plaats voor 100 passagiers.
De boot krijgt de gangbare afmetingen van een rondvaartboot, circa 20 meter lang, 4 meter breed en een diepgang van 1 meter. Minder gangbaar zijn de voortstuwingsbron en het transparante uiterlijk. Twee schroeven drijven twee elektromotoren aan. Brandstofcellen waarin waterstof en zuurstof met elkaar reageren, voorzien in de elektriciteitsbehoefte van de motoren. Het maximale vermogen van de brandstofcellen zal tussen de 60 en 70 kW liggen. Naast cellen zal de boot ook over accu’s beschikken die bijspringen wanneer de motoren veel vermogen moeten leveren. Het piekvermogen van de accu’s bedraagt rond de 40 kW. Het bereik van de waterstofboot is afhankelijk van de vaarsnelheid, maar ligt rond negen uur bij een vaarsnelheid van 7,5 knopen. Voor de opslag van de waterstof voorziet het voorlopig ontwerp in acht drukcilinders met elk een volume van 205 liter. Bij een druk van 350 bar kunnen de cilinders ruim 40 kg waterstof bevatten, wat nodig is voor een hele vaardag.
Eén keer op een dag moet de boot dus tanken. Vermoedelijk bij het nog te bouwen waterstoftankstation op het terrein van Shell Amsterdam in Amsterdam-Noord. Volgens de huidige ontwerpen zal de productiecapaciteit van het tankstation minimaal 60 Nm3 (normale kubieke meter) waterstof per uur bedragen. Naast de waterstofconsumptie door het nieuwe Shell technologie centrum is dit voldoende voor één à twee rondvaartboten. De productie van de waterstof gebeurt door middel van elektrolyse. De hiervoor benodigde elektriciteit zal het toekomstige Shell-Nuon windpark in de Noordzee leveren.
Meerdere partijen ‘bouwen’ aan de boot. Voor het basisontwerp van de boot tekende botenbouwer Allship. De faculteit Industrieel Ontwerpen en Werktuigbouwkunde van de TU Delft concentreert zich op de innovatieve uitstraling van het bootontwerp, terwijl de faculteit Maritieme Techniek de veiligheid rond boot en tankstation onderzoekt. Met name specifieke aspecten voor het varen worden onderzocht, bijvoorbeeld de meest geschikte plek van de waterstoftank aan boord en mogelijke gevolgen van een aanvaring. Ook de ervaringen met de Amsterdams GVB-waterstofbus worden benut.
Met het waterstofbootproject is zo’n 3 miljoen euro gemoeid. Voor de ontwikkeling van een eerste model hebben Senter Novem en stadsdeel Amsterdam Noord subsidies beschikbaar gesteld, die ongeveer eenderde van de kosten bedragen.
Reactie plaatsen •