Noord-Brabant test effect bumperkleefbord

Heeft dynamische bumperkleefsignalering aantoonbaar effect op de verkeersveiligheid? Hoelang ijlt zo’n effect na? En moet je dynamische volgtijden soms afwisselen met bijvoorbeeld actuele reisinformatie om aandachtverslapping door gewenning te voorkomen? Die antwoorden hoopt de provincie Noord-Brabant te krijgen uit een uitgebreide bumperkleefproef op de N270 en N266 rond Helmond.

Vanaf december registreert en signaleert een dynamisch systeem de exacte volgafstand in tienden van seconden tussen twee voertuigen op de N266 tussen de oprit naar de A67 en Someren en op de Europaweg van Helmond naar Deurne. Voorafgaand aan deze signalering is uitgebreid voorwerk verricht. Zo is in augustus een nulmeting gehouden op de proeflocaties. Vervolgens wordt gemeten wat het effect is van chevronstrepen op het wegdek en van voorwaarschuwingen via statische borden in de berm, met de mededeling: ‘Houd voldoende afstand’.
Deze bumperkleefproef is niet nieuw in zijn soort - het is bijvoorbeeld één van de toegepaste functies op de zogeheten ‘informatieve weg’ tussen Dongen en Oosterhout - maar valt wel op door zijn grondige opzet en monitoring.
Projectleider Roland van de Boel geeft aan waarom zo’n proef niet zomaar totstandkomt: ‘Er is bijvoorbeeld veel discussie over de vormgeving van het dynamische signaleringsbord. Die moet aansluiten bij wat je wilt uitdragen. Maar wat wil je uitdragen? Wil je neutraal informeren en daarvan het effect meten of wil je ook straffen en belonen? Bijvoorbeeld door bij veilige volgafstand een groene kleur te laten verschijnen en bij gevaar een rode. En wil je dan ook sanctioneren?’ Dat laatste lijkt weinig kans te maken. ‘Nationaal gezien is er nog vrij veel onduidelijkheid over de precieze gevarennorm bij bumperkleven’, legt Van de Boel uit. ‘Aan de ene kant galmt bij veel automobilisten een norm van 2 seconden door het hoofd - maar weten ze wel hoe ze dat moeten vertalen in afstand? - terwijl in de handhaving een krappere norm wordt gehanteerd. In de praktijk zal er dus een grijs gebied zijn tussen de 1 en 2 seconden. Ook neutraal informeren is lastig. Als we aangeven dat een volgtijd groter is dan 3 seconden - met als achtergrond dat dat niet preciezer hoeft - kan daar onbedoeld de conclusie aan worden verbonden dat de door ons gewenste volgtijd 3 seconden is. Verder willen we ook voorkomen dat het een sport wordt om een zo klein mogelijk getal op de borden te krijgen. Om die reden geven we als boodschap bij volgtijden kleiner dan 0,5 seconden ‘uw volgtijd is kleiner dan 0,5 seconden’.’ |
‘En’, vervolgt Van de Boel, ‘misschien vervelend om te zeggen, maar als we een flitspaal achter het signaleringsbord gaan plaatsen, zou dat de levensduur van het bord wel eens sterk kunnen verkorten. Bovendien gaan we niet over sancties als provincie. Wij zijn van de veiligheid.‘
Een volgende vraag is: hoe lang werkt een eventueel effect na nadat het bord is weggehaald? En treedt er soms tussentijds al gewenning op, waardoor de aandacht verslapt?
Medio volgend jaar verwacht de provincie de eerste resultaten van de proef. Dan wordt ook bekeken of en op welke manier zo’n bumperkleefwaarschuwingssysteem kan worden uitgerold. Het project wordt bekostigd uit het provinciale budget voor DVM-maatregelen.