Mobiliteitsbeeld 2021: geen goed jaar voor ov en luchtvaart
Vorige jaren liet het openbaar vervoer nog een sterke groei zien, net als de luchtvaart. In 2020 sloeg dat om naar flinke dalingen. Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) verwacht dat de reizigersaantallen op zijn vroegst pas in 2023, maar mogelijk ook pas in 2025, weer op niveau zullen zijn, zowel in het openbaar vervoer als de luchtvaart. Dat blijkt uit het Mobiliteitsbeeld 2021.
Thuiswerken had veel invloed op het verkeersbeeld, vooral in de kantoorsectoren. Deze groep reisde voorheen juist veel met het openbaar vervoer. De per trein afgelegde afstand liep in 2020 met 55 procent terug, bij de bus, tram en metro met 49 procent. De daling van het autoverkeer bleef beperkt. In de luchtvaart spelen internationale reisbeperkingen en quarantaineregels een grote rol. De Nederlandse luchthavens zagen 75% minder passagiers. De afstand te voet nam juist toe, met ongeveer 20 procent.
Goederenvervoer
Waar de pandemie een deel van de productie in landen in Europa en Azië onderbrak, viel tijdelijk wel een deel van sommige internationale goederenstromen weg. Dat werd nog versterkt door het deels wegvallen van de vraag, bijvoorbeeld naar brandstof. Tegelijkertijd winkelden we vaker online en bestelden we vaker online boodschappen en maaltijden.
Naast de pandemie ondervond het goederenvervoer ook zichtbare gevolgen van de energietransitie. De omvang van het vervoer (in tonkm) per pijpleiding daalde (-6,3%), doordat er minder gas in Nederland werd opgepompt. Het internationale spoorgoederenvervoer (-6,1%) en de binnenvaart (-3,8%) merkten dat er minder vraag was naar steenkool in Duitsland.
Minder vertraging
Op het hoofdwegennet nam de extra reistijd door vertraging (-67%) in 2020 vier keer zo sterk af als de omvang van het verkeer (-16%). Met name in de ochtend- en de avondspits liep de verkeersomvang terug. Het thuiswerkadvies speelde hierbij een belangrijke rol. 2020 was een bijzonder jaar, normaal gesproken is er zo’n sterke relatie niet. Waar het aantal verkeersdoden in Nederland in recente jaren nog opliep, vond er in 2020 een daling plaats. Dit gebeurde bij alle vervoerswijzen, behalve bij de fiets.
Autoverkeer als eerste weer op oude niveau
In een eerder KiM-onderzoek gaven mensen aan blijvend meer te gaan thuiswerken, televergaderen en thuis onderwijs te volgen, gelet op hun ervaringen tijdens de pandemie. Het KiM verwacht hierdoor een langdurig dempend effect op de mobiliteitsgroei. Ook de voorkeur voor het gebruik van vervoersmiddelen is naar verwachting blijvend enigszins verschoven. Daarmee rekening houdende, voorziet het KiM dat de omvang van het wegverkeer op het hoofdwegennet in 2022 of 2023 weer op het niveau van 2019 uitkomt, na de flinke dip in 2020 en 2021. Reizigers in het openbaar vervoer zullen in 2023, of mogelijk pas in 2025 weer dezelfde afstand afleggen als in 2019. Het totale aantal luchtvaartreizigers in Nederland zal naar verwachting in 2025 weer boven het niveau van 2019 uitkomen.
Mobiliteitsbeeld
In het Mobiliteitsbeeld geeft het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) een overzicht van alle belangrijke ontwikkelingen en actuele cijfers rond de mobiliteit in Nederland. Het Mobiliteitsbeeld verschijnt iedere twee jaar en wordt door de minister van Infrastructuur en Waterstaat aangeboden aan de Tweede Kamer.
Reactie plaatsen •