Met data kun je emoties objectiveren
‘Neem de stedelijke ontwikkelingen’, zegt Graumans. ‘We spreken over ‘trek naar de steden’. Dat is zeker zo, maar vooral als het gaat om jongeren, kinderloze gezinnen en ook wel ouderen. Voor hen is de stad aantrekkelijk. Maar je ziet gezinnen met kinderen juist de omgekeerde beweging maken: de stad uit. Dat zet de homogenisering van de stad onder druk , evenals op termijn voorzieningen voor deze groep, zoals (basis)scholen en sportverenigingen.'
Fiets
Dan de populariteit van de fiets. Graumans: ‘De toename van fietsgebruik en vooral van snelle fietsen leidt tot ruimteproblemen op de fietsinfrastructuur. Je móet dus denken aan menging met het autoverkeer om zo de verkeersruimte te kunnen delen. Daar is vooralsnog vooral koudwatervrees voor, maar als we met z’n allen langzamer gaan rijden dan kan zelfs de autobereikbaarheid toenemen. Het zou goed zijn als een of twee middelgrote steden hiermee zouden beginnen.'
Bereikbaarheid
'En vervolgens de bereikbaarheid. Definieer je bereikbaarheid op de verkeerskundige manier dan maak je knelpunten zichtbaar op basis van capaciteit en intensiteitsverhoudingen en ga je die knelpunten oplossen. Maar bereikbaarheid moet een antwoord zijn op de vraag: voor wie, waar en wanneer. Een economisch (retail) centrum moet juist op zaterdagmiddag kwaliteit bieden voor fiets, auto en openbaar vervoer. Wil je de kwaliteit van de stad en ruimtelijke omgeving werkelijk verbeteren moet je bereikbaarheid scherper definiëren en scherpere keuzes maken. Hoe? Kijk eens goed naar binnenstadswijken en vraag je af waarom gezinnen met kinderen wegtrekken uit de stad. Dan kom je onder meer uit op het opbergen van de auto uit de straat en er speelruimte maken voor de kinderen.
Al het autobezit in (ondergrondse) parkeergarages stoppen is ook stikduur. Nu geloof ik nog niet zo in de voordelen van het zelfrijdende voertuig wat betreft het oplossen van de files, maar een zelfrijdend voertuig dat langzaam pendelt tussen woning in de wijk en parkeerplaats op afstand van de wijk, kan ik me daarentegen weer wel voorstellen. Ik constateer dat veel gemeenten veel beren op de weg zien als het gaat om het parkeervrij maken van de woonomgeving, maar je moet ook in kansen denken. En kijk naar de maatschappelijke baten: spelende kinderen op straat en (onder meer daardoor) sociale cohesie in de wijken, zelfs in de stad. Kijk naar de obesitasproblematiek en herinner je dat je vroeger overal kon voetballen. Zet bijvoorbeeld de OZB-belasting eens in om zo’n proefwijk op te zetten. Zwolle heeft op buurtniveau al de eerste stapjes gezet.'
‘Ten slotte, maak gebruik van nieuwe data om nieuwe keuzes te onderbouwen. Met de nieuwe datamogelijkheden kun je de emotie objectiveren, en daarmee politici overtuigen, bijvoorbeeld om te investeren in fiets in plaats van in de auto.’
Ed Graumans, adviseur mobiliteit Met Graumans
Reactie plaatsen •