Meer snelfietsroutes

Breukelen-Utrecht is de eerste van een reeks snelfietsroutes die het fietsgebruik in het woon-werk verkeer stimuleren. De Tweede Kamer stelde eind december 10 miljoen extra beschikbaar voor uitbreiding van het Fileproofproject ‘Fiets filevrij’.

Met het opwaarderen van een aantal fietsroutes op filegevoelige trajecten probeert het ministerie van Verkeer en Waterstaat de fiets als alternatief voor woon-werkverkeer te verbeteren. Sinds 2007 werken Fietsersbond en lokale overheden daarvoor samen in het project ‘Fiets filevrij’. Vijf routes worden aangepakt: Breukelen-Utrecht, Zaanstad-Amsterdam, Rotterdam-Delft, Den Haag-Zoetermeer en Apeldoorn-Deventer. Eind december nam de Kamer een amendement aan waardoor 10 miljoen beschikbaar komt voor uitbreiding van het project met twee extra routes: Nijmegen-Arnhem en Leiden-Den Haag.
Projectbegeleider Bart Christiaens van adviesbureau SOAB: ‘De routes zijn uitgekozen op een aantal criteria. Ze moeten een alternatief zijn voor wegen die in de top 50 van files staan en ze moeten op de korte termijn, binnen 2,5 jaar, te verbeteren zijn. Samen met lokale afdelingen van de Fietsersbond is een keuze gemaakt.’
De eerste route Breukelen-Utrecht, grotendeels langs het Amsterdam-Rijnkanaal, is inmiddels geopend. De route is infrastructureel verbeterd: er ligt nu glad asfalt terwijl eerder gehobbeld moest worden over klinkers, en op het industrieterrein Lage Weide in Utrecht (eindpunt van de route) zijn fietsstroken aangelegd. De Fietsersbond had liever vrijliggende fietspaden gezien, maar dat was lastig te realiseren. Christiaens: ‘Er rijdt daar vrachtverkeer, dan hadden we het hele wegprofiel moeten aanpassen. Dat is lastig te realiseren op korte termijn.’ Verder zijn ‘zachte’ maatregelen genomen: de route is aangegeven op de fietskaart van het BRU (Bestuurregio Utrecht) en de route wordt onder de aandacht gebracht bij werkgevers en werknemers.
Voor aanvang van het project en afgelopen najaar is het fietsgebruik op de route geteld. Ondanks dat er nog weinig aan communicatie was gedaan en de route officieel nog niet was geopend, bleek het fietsgebruik al te zijn gestegen.
Volgens Christiaens kunnen gemeenten de stimulans die van het project uitgaat, goed gebruiken. ‘Veel gemeenten vinden fietsen belangrijk en doen er ook veel aan op het eigen grondgebied, maar van gebiedsoverschrijdend werken komt nog weinig terecht. De Fietsersbond, het ministerie en een aantal adviesbureaus hebben nu een aanjaagfunctie om partijen bij elkaar te brengen en samen die maatregelen te nemen zodat een route wordt opgewaardeerd.’
De afstanden van de routes variëren van 7 tot 15 kilometer. Christiaens: ‘Dat is inderdaad meer dan de 7,5 kilometer die meestal als maximale fietsafstand wordt aangehouden. We weten dat mensen op woon-werkafstanden bereid zijn iets meer te fietsen. Ook een ontwikkeling als elektrische trapondersteuning maakt het fietsen van langere afstanden makkelijker. En verder heeft een goede route ook veel waarde voor het netwerk ertussen. Neem Arnhem – Nijmegen, dat is 15 kilometer, maar daartussen ligt een plaats als Elst. Bovendien groeit Nijmegen aan de noordkant en Arnhem aan de zuidkant, zodat bestemmingen dichterbij kunnen liggen.’