Meer ‘milieu’ in ov-concessies

Niet alleen schone voertuigen of brandstoffen, maar ook zuinig rijgedrag, eco-banden, schone wasstraten, mobiliteitsmanagement en het verleiden van de automobilist en keuzereiziger, moeten onderdeel zijn van het Programma van Eisen bij aanbestedingen in het openbaar vervoer. Dat stellen de Stichting Natuur en Milieu en de provinciale Milieufederaties in hun evaluatierapport van de Wet personenvervoer 2000.

Hoewel een positieve kentering op het gebied van milieueisen in ov-aanbestedingen wordt erkend - ‘overheden worden wakker’-, pleit Arthur Hofstad van de Gelderse Milieufederatie voor een verdere vergroening van het openbaar vervoer. In het gezamenlijke evaluatierapport ‘een groene blik op de concessieverlening openbaar vervoer in Nederland’ stellen de milieuorganisaties dat de concessieverleners nog onvoldoende gebruikmaken van de mogelijkheden om duurzame mobiliteit tot stand te brengen.
Het Besluit Luchtkwaliteit en de maatregelen die voortkomen uit het Kyoto-protocol, zouden de groenere concessieverlening in een stroomversnelling moeten brengen, menen de milieuorganisaties. Om overheden en vervoerders daarbij te ondersteunen gaven de milieuorganisaties begin dit jaar al de brochure ‘de groene concessie ‘ uit, waarin het profiel van de groene concessie tot in detail wordt geschetst. Daarnaast bevat het recente evaluatierapport nog eens twaalf specifieke aanbevelingen voor alle betrokken overheden in het ov-concessieveld: rijk, provincies, kaderwetgebieden en gemeenten. Eén daarvan is het stopzetten van de bezuinigingen in het openbaar vervoer en het snel invoeren van beprijzingsmaatregelen. Een reële vraag? ‘Wij denken van wel’, aldus Hofstad. ‘Omdat er door de actuele aandacht voor de luchtkwaliteit openlijk wordt gepraat over volumebeleid, ofwel het beperken van het autogebruik, moet je de kwaliteit van het openbaar verbeteren.’