Limburg, Noord-Brabant en KAN-gebied tekenen voor Maaslijn

De provincies Limburg, Noord-Brabant en het Knooppunt Arnhem-Nijmegen willen na decentralisatie de spoorlijn Roermond- Nijmegen, ook wel Maaslijn, exploiteren. Dat wil zeggen: provincie Limburg en het KAN-gebied zullen de lijn tegelijkertijd in twee concessies aanbesteden. De drie partijen hebben daartoe op 12 september een samenwerkingsovereenkomst getekend.

Gedeputeerde M. Vestjens van provincie Limburg ziet de Maaslijn als belangrijk onderdeel van het nieuwe intermodale vervoerssysteem in Limburg. ‘Dit systeem voorziet in een optimale afstemming tussen trein, bus en collectief vraagafhankelijk vervoer.’
Portefeuillehouder Verkeer en Vervoer van het KAN (Knooppunt Arnhem-Nijmegen), de heer J. Walraven, noemt de Maaslijn vooral van belang voor de stad Nijmegen. ‘De Radboud Universiteit en het UMC St Radboud liggen op loopafstand van het station Heyendaal, waar jaarlijks duizenden werknemers, studenten en bezoekers gebruik van maken. Ook doorgaande reizigers maken gebruik van de Maaslijn. Ze stappen in Nijmegen over op de intercity naar Arnhem en de Randstad. De Maaslijn is bovendien belangrijk onderdeel van RegioRail KAN. Daarom zijn wij als KAN blij met de mogelijkheden die de decentralisatie ons biedt.’
De provincie Brabant, ten slotte, ziet de auto als drager van de mobiliteit in het landelijk gebied, maar onderkent het belang van minimaal het huidige frequentie- en kwaliteitsniveau van het personenvervoer per trein op de Maaslijn voor de regio Oost-Brabant. De provincie wenst hier echter geen eigen middelen voor beschikbaar te stellen. Door nu haar bevoegdheden voor aanbesteding van het Brabantse deel van de spoorlijn over te dragen aan provincie Limburg, is Noord-Brabant verzekerd van een goede bediening van de stations Vierlingsbeek, Boxmeer en Cuijk en kan de provincie zich concentreren op het oplossen van de bereikbaarheidsproblemen van BrabantStad.’ Gedeputeerde E. Janse de Jonge: ‘Die overdracht leidt tot een win-win situatie voor alle partijen.

Twee concessies
Het rijk is al geruime tijd met de betrokken overheden in overleg over decentralisatie van de zogenaamde contractsectorlijnen. De Maaslijn behoort tot deze lijnen. Voor de zomer hebben het KAN en de provincies Noord Brabant en Limburg al aan de minister van Verkeer en Waterstaat laten weten in te kunnen stemmen met decentralisatie van de Maaslijn. Dit om te voorkomen dat op de Maaslijn bezuinigd zou gaan worden. Naar verwachting zal de minister binnenkort het formele besluit tot decentralisatie nemen. Dat besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. De huidige door het rijk verleende concessie vervalt per 10 december 2006. Vanaf die datum gelden voor de exploitatie van de Maaslijn twee concessies; te weten één verleend door KAN voor het traject van Nijmegen tot Cuijk en één verleend door provincie Limburg voor het traject van Cuijk tot Roermond. Het KAN en provincie Limburg zullen de exploitatie van de Maaslijn gezamenlijk aanbesteden. De aanbesteding van de concessies start begin 2006.