Lessen uit Noord-Brabantse ov-uitglijer
Stakende chauffeurs, bussen met veiligheidsmanco's en Brabantse bestuurders die schielijk het boetekleed aantrokken. De manier waarop de provincie Noord-Brabant vorig jaar het openbaar vervoer aanbesteedde, schaadde niet alleen het imago van 'marktwerking' en 'stads- en streekvervoer'. Risico is dat andere vervoersautoriteiten huiverig worden en het aanbestedingsproces 'juridiseert'. Dat zou het paard achter de wagen zijn, menen onafhankelijke deskundigen. 'Noord-Brabant' was namelijk veel meer uitzondering dan regel.
Aanleiding voor de ov-uitglijer was dat de winnende marktpartij - Connexxion - vooraf had aangegeven te voordelig te hebben geoffreerd. Na maandenlange patstelling wilde de provincie de offerteaanbieding niet herzien en trok Connexxion zich vlak voor de uitvoering van de concessie terug. Hierdoor resteerde voor de enige overblijvende bieder Arriva voor het noordoostelijk deel van de provincie nog amper twee maanden om het ov 'op de rit' te krijgen. Links en rechts moesten bussen worden georganiseerd waaraan in veel gevallen iets bleek te mankeren.
Na die 'eenvoudige' aanleiding bracht een Noord-Brabantse onderzoekscommissie - ingesteld op initiatief van de SP - dieperliggende oorzaken aan het licht, te weten: bestuurlijke achterdocht, overdreven 'juridisering' van het aanbestedingsproces en veel te krappe invoeringstermijnen.
'We zullen die vervoerders wel eens onder de duim krijgen! Dat was bij de provincie zo ongeveer het idee', typeert universitair docent ov dr. Wijnand Veeneman van de TU Delft.
Het onderzoeksrapport is inmiddels door GS in hoofdlijnen onderschreven, in het bijzonder de bevinding dat de provincie niet alleen zichzelf maar ook marktpartijen te veel voor het blok zette. Juridisch trachtte men de vervoerders in een keurslijf te hijsen. 'Noord-Brabant is het aanbestedingsproces met te veel stigma's ingegaan', erkent provinciaal communicatieadviseur Hans Veld. 'Er heerste achterdocht jegens grote marktpartij Connexxion, terwijl de ‘oude’ vervoerder BBA als te weinig innovatief werd beschouwd.' BBA/Veolia verwierf uiteindelijk de concessie voor westelijk Noord-Brabant.
Landelijk moet het kader van Wet en Besluit Personenvervoer kritisch onder de loep worden genomen, concludeert de Brabantse onderzoekscommissie. Maar 'ov-aanbestedingsdeskundige' Gerard van Kesteren van het KpVV is daar nog niet van overtuigd. 'Het is onterecht dat nu de hele ov-aanbesteding in een kwaad daglicht is gekomen. Er zijn gemiddeld tien ov-aanbestedingen per jaar. Die gaan in de meeste gevallen goed, zoals recent met de ov-concessie voor Amstelland/Meerlanden inclusief Zuidtangent.'
Van Kesteren denkt dat de Brabantse fouten elders onder vervoersautoriteiten een heilzame werking zullen hebben. 'Ook al is aanbesteding en concessieverlening een juridisch proces, toch moeten opdrachtgever en -nemer partner blijven. Samenwerking is en blijft nodig', beklemtoont hij.
Veeneman is niet overtuigd van zo'n automatisch heilzaam effect. Hij waarschuwt voor een paradox. 'Andere vervoersautoriteiten dreigen nu van schrik juist het pad van de overdreven juridisering op te gaan. Dat zou erg fout zijn. Want van de tot nu toe 40 ov-aanbestedingen verliep het grootste deel goed. Met marktwerking is de situatie nog altijd veel beter dan tien, 15 jaar geleden toen ‘Den Haag’ met een superwethouderschap alleen maar de schijn van controle had.'
'Dat Arriva in de problemen kwam, was niet anders dan logisch. Het bedrijf treft geen blaam', zegt Van Kesteren. 'Met een implementatietijd van zes à negen maanden heeft een marktpartij normaal gesproken genoeg tijd.'
Vervoersautoriteiten moeten nu gaandeweg meer evenwicht vinden tussen regels en vertrouwen, concludeert Veeneman. 'Je mag niet voorbijgaan aan het feit dat men dezelfde belangen deelt.'
Geen paniek, 'Noord-Brabant' stond op zich zelf, meent staatssecretaris mevrouw J.C. Huizinga van Verkeer en Waterstaat. Wel analyseert het ministerie recente ov-aanbestedingen. Dat onderzoek wordt in mei afgerond. Dan volgen concrete aanbevelingen en/of workshops, samen met het KpVV, om het aanbestedingsproces in betere banen te leiden. Connexxion pleit voor een stevige versoepeling van de aanbestedingsregels. Meer armslag leidt uiteindelijk tot meer ov-kwaliteit, aldus het bedrijf. 'Eerst samen afspreken wat men wil; daarna kijken of dat allemaal kan. De huidige juridische kaders accentueren namelijk de beperkingen. En niet de mogelijkheden.'
Reactie plaatsen •