Kilometerprijs geleidelijk ingevoerd
Door de invoering van de kilometerprijs zal het aantal autokilometers afnemen met ongeveer 15 procent en worden de files gehalveerd. Ook is de verwachting dat het aantal verkeersdoden met 7 procent afneemt. Het gebruik van het openbaar vervoer zal met 6 procent toenemen. De uitstoot van CO2 en fijnstof nemen met meer dan 10 procent af, zo blijkt uit onderzoek.
De kilometerprijs wordt vanaf 2012 geleidelijk ingevoerd. Vanaf 2012 zijn de kosten per gereden kilometer 3 cent, oplopend naar 6,7 cent in 2017. De opbrengsten van de kilometerprijs gaan rechtstreeks naar het infrastructuurfonds. Uit dit fonds worden wegen, spoorlijnen en andere infrastructuur aangelegd.
In elk voertuig komt een GPS-apparaatje dat bijhoudt hoeveel, wanneer en waar er gereden wordt. De overheid ontvangt geen reisgegevens en kan geen auto’s volgen. Zo is de privacy van weggebruikers gewaarborgd. Naast het basistarief maakt de wet het mogelijk om een spitstarief te heffen voor structurele knelpunten in het wegennet en potentiële sluiproutes. Per locatie wordt in lagere regelgeving besloten of er een spitstarief komt.
Gehandicaptenvoertuigen, landbouwtrekkers, motorvoertuigen met een beperkte snelheid, taxi’s, oldtimers van voor 1987 en alle OV-bussen blijven net als nu vrijgesteld van betaling. Ook motoren gaan geen prijs per kilometer betalen. Voor buitenlandse voertuigen wordt een alternatief betalingssysteem opgezet.
Voor deze kabinetsperiode is onder meer de ambitie om het wetgevingsproces afgerond te hebben en de techniek te testen. Tot die tijd hebben de minister en de Tweede Kamer heldere beslismomenten ingesteld om stap voor stap te bouwen aan de kilometerprijs.
Auteur: Joske van Lith
Het aantal autokilometers zal naar verwachting met 15% afnemen na invoering van de kilometerrprijs
Reactie plaatsen •