Informatietechnologie stuurt gedrag
Jos Vrieling, verkeerspsycholoog Royal Haskoning
Een samenvatting van dit artikel is gepubliceerd in Verkeerskunde 1/2011
Een van de belangrijkste eisen bij de Spoedwetprojecten is het beperken van de verkeershinder. Maar hoe doe je dat? Onderzoek toont aan dat informatietechnologie een heel grote rol kan spelen. Op drie terreinen: langs de weg, via internet en in het voertuig. Verkeerspsychologen kunnen adviseren over de interactie tussen weggebruiker, rijtaak en de wegomgeving.
De Spoedwet Wegverbreding is sinds 2003 van kracht. Kern van de regeling is dat verbreding van de weg op knelpunten eenvoudiger en dus versneld kan worden doorgevoerd. Daarnaast heeft de overheid in de uitvraag ook gesteld dat bij de Spoedwetprojecten extra maatregelen moeten worden genomen om de verkeershinder bij weggebruikers te beperken. Een van de betrokken aannemers heeft zich hierbij laten adviseren door een verkeerspsycholoog van Royal Haskoning. Kernvraag: welke maatregelen zijn nodig om verkeershinder (of de beleving daarvan!) zoveel mogelijk te voorkomen? Hierbij is niet alleen gekeken naar oplossingen, maar door middel van systems engineering hebben we ook rekening gehouden met de functies van de maatregelen. Ook is gebruik gemaakt van de zogenaamde ‘tien gouden regels’ van Rijkswaterstaat om rekening te houden met de weggebruiker.
Invloed IT op gedrag
Veel maatregelen die invloed hebben op de verkeershinderbeleving hebben direct of indirect te maken met informatietechnologie(IT)-toepassingen. De invloed van IT op het gedrag van mensen in het verkeer is zeer groot. Hoe komt dat? IT is een vakgebied dat zich met informatiesystemen, telecommunicatie en computers bezighoudt. De invloed van IT op verkeersdeelnemers heeft met informatievoorziening te maken in de brede zin van het woord. Maar dan wel met doelgroepgerichte communicatie. Maatwerk dus. Op maat gesneden communicatie speelt een essentiële rol in de beleving van verkeershinder. Weggebruikers willen graag worden geïnformeerd over wijzigingen in de wegsituatie die zij als normaal ervaren. Bij wegwerkzaamheden kunnen we onderscheid maken tussen drie soorten invloed van IT op gedrag in het verkeer:
1. in de wegomgeving;
2. buiten de wegomgeving;
3. in het voertuig.
1. In de wegomgeving
Welke IT-toepassingen kunnen we in de wegomgeving plaatsen om het gedrag van de weggebruiker te sturen en de verkeershinder bij wegwerkzaamheden te minimaliseren? De belangrijkste zijn dynamische of grafische panelen met route-informatie (DRIP’s of GRIP’s), matrixsignaalgevers en tekstkarren. Deze instrumenten kunnen de volgende soorten informatie verschaffen:
- duur van de vertraging (lengte file of extra reistijd);
- filewaarschuwing;
- aangepast snelheidsregime bij file en dynamische snelheid om file of ongevallen te voorkomen;
- rijstrookafsluiting(en);
- (aanbevolen) omleidingroute;
- reden van wijziging van de normale wegsituatie.
Belangrijke vragen zijn: wie heeft toegang tot de IT-toepassing in de wegomgeving? En wat is de mogelijke invloed van de toepassingen? Alle weggebruikers zien de informatie en zijn daardoor op de hoogte van eventuele files en/of wegwerkzaamheden. Op basis van de informatie kunnen mensen besluiten via een andere route te rijden. Uit onderzoek blijkt dat zes procent van de weggebruikers hierdoor de route wijzigt [1]. Dit percentage lijkt niet hoog, maar is voldoende om files te voorkomen. Verder blijkt dat de aandacht voor de ‘rijtaak’ niet wordt verstoord door het aanbieden van de informatie langs de weg. Wel is het zo dat grafische afbeeldingen sneller worden verwerkt dan tekstuele informatie. GRIP’s zullen hierdoor minder afleidend zijn dan DRIP’s.
2. Buiten de wegomgeving
Weggebruikers kunnen voordat ze op reis gaan, op diverse websites kijken waar zich oponthoud voordoet. Ook is het medium internet zeer geschikt om actuele zaken weer te geven, zoals het niet tijdig openstellen van rijstroken of de vervroegde oplevering van de rijbaan. Een website kan bestaan uit:
- actuele informatie;
- de planning van de wegwerkzaamheden;
- links met overige verkeerssites;
- contactgegevens en forum (feedbackmogelijkheden weggebruikers);
- webcambeelden.
Belangrijke vragen hier zijn: wie heeft toegang tot de IT-toepassing buiten de wegomgeving? En wat is de mogelijke invloed? In principe heeft iedereen toegang tot internet, maar voor ouderen kan dit minder eenvoudig zijn. Uit onderzoek van Ithaka blijkt dat mensen die voor het woon-werkverkeer de weg opgaan en vrachtwagenchauffeurs het best op de hoogte zijn van wegwerkzaamheden[2] . Dat is ook logisch: zij zitten het meest op de weg. Dat betekent ook dat zakelijke en sociale weggebruikers dus vaker verrast zijn door wegwerkzaamheden. De weggebruikers uit alle voorgenoemde groepen zijn passief als het gaat om het vergaren van informatie over de wegwerkzaamheden; ze zoeken vrijwel alleen als de bestemming onbekend is of als de aankomsttijd van belang is. Wanneer weggebruikers via websites informatie opzoeken over wegwerkzaamheden, kunnen ze besluiten om via voorgeschreven omleidingroutes te rijden. Door de toepassing van IT worden de weggebruikers van actuele informatie voorzien, maar het biedt hen ook een podium om feedback te leveren op de informatievoorziening. Dit draagt positief bij aan de beleving van verkeershinder, omdat de weggebruiker het gevoel heeft invloed uit te kunnen oefenen op de gewijzigde situatie. Zeker wanneer deze feedback respectvol in behandeling wordt genomen.
3. In het voertuig
Ten slotte kunnen in het voertuig zelf IT-toepassingen aangebracht worden om de beleving van verkeershinder te beperken. Hoewel we ons hier in dit stadium nog niet op gericht hebben, kunnen we wel enkele grote lijnen schetsen. Bij IT in het voertuig moeten we denken aan onder meer het navigatiesysteem met de systemen RDS (Radio Data System) en TMC (Traffic Message Channel). De laatstgenoemde systemen zijn bedoeld om de weggebruiker van de meest actuele weginformatie te voorzien. Steeds meer navigatiesystemen zijn hiermee uitgerust, zodat de weggebruiker op een scherm ziet waar files staan en wat alternatieve routes zijn. De overheid onderzoekt momenteel of (en zo ja, hoe) in de toekomst informatie niet in de wegomgeving, maar in het voertuig kan worden gepresenteerd. Van belang daarbij is om na te gaan hoe deze informatie moet worden aangeboden en welke invloed dat heeft op de taakbelasting van de voertuigbestuurder. Met andere woorden: wat betekent dit voor de verkeersveiligheid? Ook op dit terrein draagt de jonge discipline verkeerspsychologie bij aan kennis over de interactie tussen de weggebruiker, rijtaak en de wegomgeving.
SWOV-Factsheet: Verkeersveiligheidseffecten van dynamische route-informatiepanelen (DRIP’s), Leidschendam, juni 2008
Ithaka research team, in opdracht van Rijkswaterstaat, Betere communicatie vermindert irritatie, Amsterdam, R-2664, februari 2009
Meer lezen? www.mobiliteitinbeeld.nl
Auteur: Joske van Lith
Reactie plaatsen •