Hoger opgeleide, oudere werknemer stapt vaker op de fiets

Snelle fietsinfrastructuur, sneeuw- en ijsvrije fietsroutes, gezondheid, de e-fiets en financiële vergoedingen door de werkgever zijn belangrijke stimulansen voor mensen  om meer of vaker de fiets te nemen voor het woon-werkverkeer. Werkgevers, daarentegen, maken nog weinig gebruik van de mogelijkheden die zij hebben om fietsen te promoten. Dat zijn belangrijkste conclusies uit een enquête door SOAB onder meer dan 2800 fietsers in opdracht van het project Fiets Filevrij van de Fietsersbond.

2811 woon-werkfietsers
In 2012 zijn negen nog aan te leggen snelfietsroutes en één gerealiseerde snelfietsroute op vergelijkbare wijze onderzocht. Doel was om inzicht te krijgen in de relatie snelfietsroute en het gebruik van de fiets in het woon-werkverkeer, maar ook in de mogelijkheden om het fietsgebruik naar het werk verder te stimuleren. In totaal zijn de gegevens van 2811 respondenten geanalyseerd.

Hoog opgeleid en ouder
Een grote meerderheid van de respondenten fietst altijd of meestal naar het werk. Een kleinere groep fietst soms naar het werk. Met name voor deze laatste groep is gezocht naar handvatten om hen nog meer te laten fietsen. De meeste respondenten zijn relatief hoog opgeleid, werken veel op dezelfde locatie en zijn relatief oud. Eén op de zes fietst maximaal 10 kilometer naar het werk, een kwart tussen de 11 en 15 kilometer en ongeveer 15 procent meer dan 15 kilometer. De fietstijd is gemiddeld tussen één en drie kwartier. De frequentie van het fietsgebruik naar het werk heeft een duidelijke relatie met afstand, leeftijd, reisafstand, wel of geen vaste werklocatie en weersomstandigheden. Maar ook zaken als de mogelijke vervolgreis, snelheid en sociale aspecten spelen een rol.

60 procent vindt snelfietsroute sneller dan ov
De fietsers oordelen het meest positief over de directheid van de routes en zijn het minst tevreden  over het sneeuwvrij houden van de route, vertraging door verkeerslichten, verlichting en de sociale veiligheid. Ook ondervinden woon-werkfietsers regelmatig overlast van bromfietsen en scooters en soms van groepen scholieren. Opvallend is dat de respondenten die weinig fietsen een negatievere reistijdbeleving hebben dan de respondenten die altijd of meestal fietsen.Ten opzichte van het openbaar vervoer geeft 60 procent aan dat de snelfietsroute sneller is. Ten opzichte van de auto is dat percentage 30 procent.

 
Auteur: Jacques Lorsheijd