Fietsbeleid Delft zichtbaar door ingenieuze fietstelpaal
Na Apeldoorn heeft Delft een telpunt geïnstalleerd dat voorbijkomende fietsers registreert. De Delftse variant werkt met glasvezeltechniek waardoor nauwkeuriger wordt geteld dan met de bekende telslangen en lussen in de weg.
Met het fietstelpunt aan de Westlandseweg wil de gemeente Delft laten zien dat fietsers een bijdrage leveren aan een bereikbare binnenstad. Op het bord worden fietsers expliciet bedankt. ‘Het telpunt is onderdeel van een betere monitoring van fietsers waarmee we al langer bezig zijn’, vertelt senior beleidsmedewerker Mirjam van Oers. Jaarlijks telt de gemeente Delft en ook stadsgewest Haaglanden passanten op een aantal fietsroutes, via lussen over de weg en handmatig. Dankzij nieuwe glasvezeltechniek kan de gemeente nu nauwkeuriger, en het hele jaar door tellen. Ook als groepen fietsers in verschillende richtingen voorbij komen, wordt precies geregistreerd hoeveel er in welke richting fietsen. Het telpunt staat op de zogenoemde ’ZOEF’-route, een snelle fietsroute tussen De Lier, Delft en Pijnacker. In 2009 krijgt de route nog een telpunt nabij het Oostplein in Delft.
In september plaatste de gemeente Apeldoorn al een telpaal voor fietsers. Deze paal telt met de traditionele lustechniek dagelijks de voorbijkomende fietsers op een belangrijke fietsroute nabij het station. Verkeerskundige Wim Mulder weet dat de lussen ongeveer 15 procent van de fietsers missen als deze in groepjes of tegelijk uit beide richtingen passeren. De telpaal corrigeert daarvoor. Apeldoorn plaatste de paal vanuit de overweging dat fietsbeleid zichtbaarder moet worden. ‘We moeten meer doen om het fietsen te vermarkten’, zegt Mulder. Die les nam hij twee jaar geleden mee na een bezoek aan het Deense Odense. Daar wordt binnen het fietsbeleid veel meer gedaan aan marketing, onder andere door middel van een telpaal: de overheid laat zien dat ze ‘fietsers ziet’ en belangrijk vindt. Ook de Zweedse steden Stockholm en Kristianstad hebben een telpaal.
Reactie plaatsen •