Eerste Nederlandse koolzaaddiesel op de markt
Vanaf 6 juli wordt voor het eerst in Nederland koolzaaddiesel geproduceerd voor de Nederlandse markt. Een speciale accijnsvrijstelling tot 2010 voor koudgeperste biobrandstof uit koolzaad maakt het mogelijk om een rendabel product te leveren. De literprijs ligt daardoor 10 tot 15 cent onder de prijs van fossiele diesel. Mét accijns zou de prijs 25 cent per liter duurder zijn dan de gangbare diesel.
Het initiatief voor deze fabriek, de Noord Nederlandse Oliemolen BV in Delfzijl, is genomen in 2001. Hein Aberson van Solaroilsystems uit Boyl zocht hiervoor contact met enkele enthousiaste akkerbouwers uit Groningen en landbouworganisatie NLTO. Het kabinet stemde in met een experiment voor volledige accijnsvrijstelling voor koudgeperste plantaardige olie. Ofwel, Pure Plantaardige Olie (PPO) voor daartoe aan te passen dieselmotoren. Solaroilsystems voert de - voor toepassing van deze brandstof noodzakelijke (en verzekerde) - ombouw van personen- en vrachtwagens uit voor een bedrag van 2000 tot 2500 euro. Op dit moment zijn 60 koolzaadtelers als certificaathouder verbonden aan de Oliemolen. Voor de afzet van de PPO zijn de afgelopen tijd al veel voertuigen omgebouwd om de milieuvriendelijke brandstof te kunnen gebruiken. Zij rijden nu nog op koolzaaddiesel afkomstig uit Duitsland (waar een lagere accijns wordt geheven), maar zullen vanaf 6 juli hun brandstof afnemen van de Oliemolen. Volgens directeur T. Doornbos zijn de afnemers - momenteel al goed voor de helft van de jaarproductie van 2,2 miljoen liter - voornamelijk en ook bij voorkeur uit de zakelijke markt. ‘Meer dan particulieren houden zij een administratie bij van hun brandstofgebruik. Omdat het om accijnsvrije brandstof gaat, is er in deze markt een betere controle op rechtmatig gebruik ervan.’ Doornbos gaat er vooralsnog van uit dat de accijnsvrijstelling in 2010 wordt verlengd. ‘Nederland heeft tenslotte het Kyoto-verdrag ondertekend en zal iets moeten doen om aan de luchtnormen te voldoen. Dat betekent ofwel accijns verlagen of consumenten en producenten verplichten tot duurdere, maar schonere brandstof.’
PPO is een hernieuwbare (de koolzaadplant neemt de CO2-uitstoot als voedingsstof op), niet-eindige brandstof. Ook wordt de uitstoot van koolmonoxide en roetdeeltjes met de helft verminderd ten opzichte van gewone dieselolie.
Naast de productie van biobrandstof ontstaat ook nog een bijproduct, de zogenaamde koolzaadkoek, die weer geschikt is voor de veevoerindustrie.
Hoewel de economische ontwikkeling de belangrijkste drijfveer is voor de opzet van deze onderneming, benadrukt de Oliemolen tevens de toegevoegde waarde van de koolzaadteelt voor het landschap: terugkeer van de in het verleden bestaande ‘koolzaadroutes’ voor wandelaars, fietsers en automobilisten.
Uniek aan de Oliemolen is dat zij door de accijnsvrijstelling rechtstreeks kunnen leveren aan de Nederlandse consument. Een vergelijkbare fabriek van Sunoil Biodiesel BV in Emmen levert zijn product vanwege de accijnsheffing vooralsnog aan de Duitse markt.
Reactie plaatsen •