'Een pilot zou welkom zijn'
Atze Dijkstra, SWOV
‘Onderzoeksvragen over robuust wegennet hoeven de ontwikkeling niet te stagneren’
De visie robuust wegennet is geland in nationaal beleid. ‘Er ligt een duidelijk verhaal over wat het inhoudt en wat je moet doen om het te realiseren’, zegt Atze Dijkstra, onderzoeker bij de SWOV. De volgende stap is opname in de regionale plannen. ‘Daarvoor moet je regionale wegbeheerders overtuigen om mee te werken aan oplossingen voor problemen op het hoofdwegennet. Ook zijn er nog onderzoeksvragen over verkeersveiligheid en milieu en de effecten op het fietsverkeer. Die vragen hoeven de ontwikkeling niet te stagneren, maar een pilot zou welkom zijn.’
De minister van Infrastructuur en Milieu schreef de doelstelling van een robuust wegennet in haar Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. ‘Nu moet je de uitwerking van dat beleid gaan zien in lopende plannen en in concreet uitvoeringsbeleid’, stelt Dijkstra. Hij ziet dat nog niet storm lopen, maar begrijpt dat ook wel. ‘Een robuustheidsmaatregel – denk maar eens aan de aanleg van de A4 ‘ter ontvlechting’ van het doorgaande en regionale verkeer op de A13 – duurt nu eenmaal een tijd voordat je die concreet terugziet in een wegennetplan. Daarbij komt dat het beleidspakket bij Rijkswaterstaat thuishoort, maar in de praktijk veel verder gaat dan bijvoorbeeld verkeersmanagementmaatregelen op het hoofdwegennet. Een robuust wegennet gaat ook over (strategisch) bouwen en extra voorzieningen en vergt bovenal aanpassingen op regionale schaal. Dan heb je dus een aantal jaren nodig om een en ander af te stemmen en aan te passen. Het is daarom te vroeg om te zeggen dat het niet zou functioneren.’
De min of meer ingeburgerde werkwijze van gebiedsgericht benutten heeft er zeker al toe geleid dat wegbeheerders hebben geleerd om over hun eigen grenzen te kijken. Ongetwijfeld een mooie opstart, maar nu gaat het veel verder. Gebiedsgericht benutten kan vaak net buiten beleid en middelen om, maar aanpassingen in het kader van robuust wegennet vergen toch al gauw meer politieke steun. ‘Verkeersmanagement is vaak technisch haalbaar; benutten gebeurt veelal met elektronica, daar hoef je nog niet direct voor te bouwen. Robuust wegennet vraagt veel meer aanpassingen in de infrastructuur, en vergt bovendien een speciale vorm van bouwen. Het gaat namelijk niet uitsluitend om capaciteit verhogen. Een robuustheidsmaatregel kan ook betekenen dat je een bestaande snelweg gaat downgraden om daarmee het juiste, regionale, verkeer aan te trekken (ontvlechten). Of het gaat om nieuwe, logistieke verbindingen op het onderliggend wegennet om daarmee onnodig snelwegverkeer te voorkomen. Daardoor gaat het bij robuust wegennet ook veel meer om langetermijnmaatregelen, terwijl gebiedsgericht benutten vaker op de korte termijn kan worden gerealiseerd.’
Wie is nu precies aan zet?
‘Eigenlijk ligt de bal bij de beheerder van het hoofdwegennet. Maar de pijn van het hoofdwegennet komt wel op het bordje van de regionale wegbeheerder. Bovendien kan een robuustheidsmaatregel ogenschijnlijk nadeel opleveren voor een regio. Dit vergt dus wel enige overtuigingskracht’.
Hoe zit het met het fietsverkeer?
‘Vanuit de SWOV benadrukken wij dat de effecten op milieu en verkeersveiligheid nog niet goed verankerd zijn in de beleidsstukken over robuust wegennet. Er zijn echt nog vragen, bijvoorbeeld over het gebruik van wisselstroken om provinciale verbindingen te upgraden, daar moet heel zorgvuldig naar worden gekeken. En ook de vraag naar de veiligheid op het onderliggend wegennet. Hoe zit het daar op wegen die ook door andere deelnemers dan automobilisten wordt gebruikt? En hoe zit het met het fietsverkeer in relatie tot een robuust wegennet? Daar is nog geen studie naar verricht.’
Dijkstra werkt zelf aan een simulatiemodel waarmee de veiligheidseffecten van een regionaal robuust wegennet worden getoond voor zowel fiets- als autoverkeer. Het model laat tegelijkertijd de doorstromingseffecten zien voor beide groepen. Milieueffecten kunnen facultatief eenvoudig worden toegevoegd.
‘Kortom, wij willen graag aan de hand van praktijkvoorbeelden onderzoeken wat die veiligheidskant is. Maar ook onderzoeken wat het milieu doet als er extra verkeer op wegen komt die er niet voor bedoeld zijn. Ook dat is nog niet duidelijk. Verder rijst de vraag of uitbreidingen op het onderliggend wegennet met een incidenteel doel (alternatief voor calamiteiten op het hoofdwegennet) ook inderdaad incidenteel worden gebruikt of toch overgaan in structureel gebruik. Kijk naar de spitsstroken’
Weerstand wegnemen
‘Deze aanvullende onderzoeken hoeven de ontwikkeling van het robuust wegennet niet te stagneren’, benadrukt Dijkstra, ‘ze zouden juist weerstand weg kunnen nemen. Een pilot zou helemaal welkom zijn. De verschillende studies die tot nu toe zijn gedaan – ANWB, TNO,
Auteur: Margriet Verhoog
Reactie plaatsen •