Eén op de vijf nabestaanden na verkeersongevallen ontvangt niet de gewenste psychologische hulp

Onderzoek bij 273 Nederlandse nabestaanden van verkeersdoden toont aan dat de helft ongeveer 5 jaar na het ongeval nog steeds hevige rouwklachten rapporteert, die wijzen op een rouwstoornis. Ook blijkt dat 1 op de 5 nabestaanden niet de gewenste hulp krijgt. De resultaten van deze studie zijn onlangs gepubliceerd https://doi.org/10.1002/cpp.2544

Mogelijke rouwstoornis

Dit is de eerste studie die het gebruik van psychotherapie, farmacotherapie en lotgenotengroepen heeft onderzocht bij Nederlandse nabestaanden na verkeersongevallen. De meerderheid van de participanten (63%) heeft hulp gekregen voor hun rouwklachten, te weten psychotherapie, farmacotherapie en/of deelname aan lotgenotengroepen. Psychotherapie bleek het meest gebruikt (55%), gevolgd door farmacotherapie (30%) en het bijwonen van lotgenotengroepen (23%). Eén op de vijf personen had wel een mogelijke rouwstoornis en/of een behoefte aan hulp maar geen hulp ontvangen. Dit wijst op een behandelkloof.

Wetenschappelijk onderzoek naar effecten online rouwbehandeling

Deze behandelkloof kan worden overbrugd door het verbeteren van de toegankelijkheid van online rouwbehandelingen. Daarom hebben onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen en Universiteit Utrecht een online psychologische behandeling ontwikkeld die specifiek bedoeld is voor nabestaanden na een verkeersongeval. Het wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van de behandeling is in mei 2020 gestart. Volwassenen die ten minste 12 maanden geleden een dierbare zijn verloren door een verkeersongeval kunnen zich aanmelden. Deelname aan het onderzoek is kosteloos.

Het onderzoek, is onderdeel van het meerjarige project TrafVic en wordt uitgevoerd in samenwerking met Fonds Slachtofferhulp. Voor informatie zie: www.rouwnaverkeersongeval.nl of neem contact op met de onderzoekers via info@rouwnaverkeersongeval.nl