Ongeveer 10% van de Nederlandse volwassenen ondervindt problemen met het bekostigen van vervoer. Dit betreft voornamelijk mensen met een laag inkomen, alleenstaande ouders en werklozen. Zij worstelen met de kosten van hun reizen, geven meer uit aan vervoer dan financieel haalbaar is, of snijden in andere huishoudelijke uitgaven om hun reiskosten te dekken. Een deel - 1 tot 5,5% - van de Nederlanders geeft zelfs aan familiebezoek, ziekenhuisbezoek of andere reizen over te slaan vanwege de kosten.
Een op de tien Nederladers kan vervoer niet betalen
Dit blijkt uit het onderzoek 'Betaalbare mobiliteit?' van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM). Onder betaalbaarheid van mobiliteit wordt meer verstaan dan alleen betaalbaarheidsproblemen. Daarom verkent het KiM het begrip vanuit 3 invalshoeken: huishouduitgaven aan mobiliteit, prijzen en prijsveranderingen en betaalbaarheidsproblemen.
Mobiliteit is voor veel huishoudens een groot deel van hun uitgaven. Gemiddeld geven huishoudens 14% van hun budget uit aan mobiliteit, al verschilt dat sterk tussen huishoudens. De gemiddelde prijzen van vervoer zijn in de afgelopen 8 jaar met 30% gestegen. Dat is iets meer dan de inflatie over die periode. Daarmee is vervoer relatief duurder geworden, maar dit verschilt wel per vervoermiddel. Openbaar vervoer en fietsen zijn minder in prijs gestegen. Fossiele brandstof voor de auto steeg sterk in prijs, waarna in 2023 een afvlakking volgde, maar alsnog is de prijsstijging groter dan de inflatie. Vliegen is het sterkst in prijs gestegen. Deze ontwikkelingen in prijzen en in uitgaven aan mobiliteit geven nog niet aan in hoeverre mensen moeite hebben om hun vervoer te betalen ofwel de betaalbaarheidsproblemen.
Groepen gericht benaderen
Een benadering van betaalbaarheidsproblemen gebaseerd op daadwerkelijke uitgaven en inkomens van huishoudens kan nuttig zijn om de kans op betaalbaarheidsproblemen te monitoren. Zo'n benadering laat echter niet zien in hoeverre mensen al hun reisgedrag hebben aangepast aan een te krappe portemonnee. Dan is het waardevol om ervaren betaalbaarheidsproblemen in kaart te brengen. Beide onderzoeksaanpakken zijn toegepast in het KiM-onderzoek en wijzen dezelfde groepen aan die de grootste kans hebben op betaalbaarheidsproblemen van mobiliteit: lagere inkomens, alleenstaanden met kinderen, en werklozen. Als de overheid betaalbaarheidsproblemen wil verlichten, is het dus efficiënt om maatregelen te nemen die zich op die groepen richten.