Elke verplaatsing houdt pas op als je op je bestemming bent. En tussen de hoofdmoot van de reis en die bestemming zit vaak nog een gat, tenzij je toevallig naast een station woont. Dit gat kunnen we overbruggen met allerlei modaliteiten – de deelfiets, je eigen fiets, een (deel)auto, taxi, über of misschien gewoon lopend. Voor de gebruiker allemaal logisch, voor de modellen nog niet.
De last mile is meer dan een sluitpost
Foto: Shutterstock
De last mile was altijd relatief eenvoudig: de reiziger kwam aan met de trein of de bus, en stapte over op een ander (openbaar) vervoermiddel of nam de fiets. Of de taxi. Daar kwam de ov-fiets bij. Of de deelauto. Of vervoer op afroep, zoals Über aanbiedt. Of MaaS-oplossingen. En wie weet in de toekomst nog meer, zoals deelstepjes.
Daarmee is de last mile ingewikkeld geworden, zeker voor de gebruikte verkeersmodellen. De kosten van de modaliteiten zijn ook nog eens lastig met elkaar te vergelijken én kunnen door diverse factoren beïnvloedt worden. Een Über kan op een druk tijdstip bijvoorbeeld veel meer kosten dan op een rustige doordeweekse middag. Dat maakt het lastig om de keuzes van de reizigers goed in te schatten.
Traditionele modellen gaan vaak uit van één modaliteit voor een totale verplaatsing, een theoretische werkelijkheid die de échte wereld niet goed representeert. Ja, voor de auto, maar zelfs dan moet je vaak nog een stukje lopen als je eenmaal op bestemming een parkeerplek hebt gevonden. Voor een ov-reis gaat het al helemaal niet op: je moet eerst naar het station of de halte zien te komen, dan reis je een stuk met het openbaar vervoer en dan ben je meestal nog niet op je bestemming.
De versimpelde weergave in modellen voldoet niet langer. Die versimpeling komt vaak voort uit technische beperkingen, maar zo mis je wel cruciale signalen over vraag en aanbod van bijvoorbeeld deelmobiliteit. Een incompleet model is geen goed model.
PTV helpt u graag verder. Wij hebben de ‘multimodale toedeling’ geïntroduceerd in onze modellen, die we ook gebruiken in PTV Visum, software waar de Europese Unie al voor gekozen heeft. Met onze modellen kunnen we élk onderdeel van de hele reisketen expliciet modelleren. Zo kun je onze modellen gebruiken om écht goede keuzes te maken. Daarmee houden we rekenen met alle gewenste factoren: bestaande looproutes – ook als ze toevallig door het gras lopen en niet als zodanig bedoeld zijn – parkeerkosten, P+R-faciliteiten, reistijden, overstaptijden, wachttijd, de beschikbaarheid van deelvervoer, en noem maar op. Alles wat van invloed kan zijn op de keuze van de reiziger kun je ook terugvinden in onze modellen.
Verandert er iets? Is het aanbod van deelmobiliteit bijvoorbeeld gewijzigd, of wordt parkeren duurder? De gevolgen zijn in de modellen inzichtelijk. Wordt parkeren significant duurder, dan
is een overstap van lopen en auto, naar lopen, deelfiets en openbaar vervoer mogelijk. Worden deelfietsen goedkoper, misschien is het dan wel aantrekkelijke de auto te laten staan en met deelfiets, al dan niet gecombineerd met OV te maken.
PTV maakt het met dit innovatieve concept mogelijk om de hele keten expliciet te modelleren. Niet voor niets hebben de Europese Unie én meerdere Nederlandse overheden al voor PTV Visum gekozen. Dat leverde een sterke verbetering op bij het modelleren van complex menselijk gedrag.
In de modellen is de versimpeling afgenomen en zijn complexe, realistische reisfactoren opgenomen. In gebruik is PTV Visum juist wel simpel en eenvoudig toepasbaar op verschillende lagen binnen de organisatie, waar kwaliteit voorop staat.