Busconcessie in Noord-Brabant teruggefloten
De voorlopige gunning van het openbaar vervoer in de kavels West- en Midden-Brabant aan Connexxion staat op losse schroeven na een uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op maandag 17 oktober. Busvervoerder BBA spande een zaak aan tegen de provincie omdat zij meende onterecht te zijn afgewezen. Het CBB ging daarin mee en schorst daarmee de voorlopige gunning.
BBA diende voor de bedoelde kavels in eerste instantie de meest gunstige offerte in. Op grond van artikel 12.1 in het Brabantse programma van eisen werd deze offerte vervolgens onderworpen aan een toets die de financiële risico’s berekent, dat wil zeggen de onder- en bovengrens van de offerte. Daarmee wil de concessieverlener voorkomen dat zij voor ongewenste verrassingen komt te staan, of dat de vervoerder zijn verplichtingen niet kan nakomen. Na toetsing bleek de BBA-offerte door de vastgestelde bovengrens te schieten. Daarmee werd de BBA-offerte terzijde geschoven en de voorlopige concessie ( ook na toetsing) aan Connexxion gegund. Het CBB veroordeelt in haar uitspraak niet het recht op financiële toetsing van offertes door de provincie, maar stelt wel dat het betreffende artikel voor de vervoerders niet transparant is geformuleerd. Daar moet de provincie meer helderheid over verschaffen en zich tevens beraden op de consequenties van de uitspraak voor de ov-gunning. Daarvoor is een aantal scenario’s denkbaar: of de concessie gaat alsnog naar BBA, of er volgt een nieuwe aanbesteding van de kavels West- en Midden-Brabant, of er volgt zelfs een nieuwe aanbesteding voor heel Noord-Brabant. Gedeputeerde Staten beraden zich daarover en zal binnen drie weken daarover een beslissing nemen.
Reactie plaatsen •