Brussel-Zuid knoopt ov
Knooppunt van de vier Belgische HSL-verbindingen vormt het station Brussel-Zuid (Bruxelles-Midi). Dit station is gemoderniseerd en uitgebreid met nieuwe sporen. Verspreid over drie verdiepingen biedt het onder één dak, via roltrappen: een comfortabele overstap op de pas geopende metroringlijn en op tramlijnen in zes richtingen. In Brussel zijn daarmee lange-afstandsverbindingen naadloos aangesloten op een hoogwaardig stedelijk railnet, dat nog steeds in omvang groeit. In de regio-Brussel is een regionaal railnet in aanleg, volgens het concept van de Duitse S-Bahn. Hiermee zal de Brusselse regio, met 1,1 miljoen inwoners, binnenkort beschikken over een unicum in de Benelux: een hoogwaardig regionaal railnet. Het is vergelijkbaar met het tien jaar geleden voorgestelde Sternet voor de Utrechtse regio, dat in de ontwerpfase is blijven steken.
In hoog tempo wordt gewerkt aan een tunnel tussen Meiser en Schuman, in het EU kwartier, die twee parallelle spoorlijnen zal verbinden. Via deze nieuwe schakel ontstaat rond 2016 een directe regionale raillijn tussen het vliegveld en de EU-wijk. Reistijd minder dan een kwartier.
Metro
De Brusselse metro startte met een netwerk van ‘pre-metro’-lijnen in tunnels, te berijden door trams en verbonden met bovengrondse tramlijnen. Na voltooiing van de tunnels zouden de trams moeten wijken voor ‘echte’ metro’s. De eerste lijn waarop deze opwaardering plaatsvond, was in 1976 de oost-west-lijn tussen Schuman (EU-hoofdkwartier) en het stadscentrum. Sindsdien is het aantal metrolijnen uitgebreid. In 2009 zijn nieuwe metrolijnen geopend. Het totaal is hiermee gekomen op vier metrolijnen, die alle overdag met 6-minuten frequentie worden bereden. De nieuwe cirkellijn 2 vormt het bindend element in het netwerk. Opmerkelijk is dat geen doorgaande exploitatie mogelijk is, doordat lijn 2 op station Simonis eindpunten heeft op twee verschillende niveaus.
Tram
Het tramnetwerk van MIBV-STIM, de ov-operator in Brussel, groeit dankzij recente verlengingen. Zwaktes van het tramsysteem zijn het netwerk dat ongelijkmatig verspreid is over de stad en opstoppingen in nauwe straten waar ruimte ontbreekt voor vrije banen. Er wordt hard gewerkt aan verdere scheiding van trams en overige wegverkeer. In 2011 zal het aandeel van vrije banen van het tramnet zijn opgelopen van 70 tot 90 procent. De bedoeling is om hiermee de gemiddelde snelheid van de Brusselse trams te verhogen. Momenteel bedraagt deze 17 km/uur. Dit is gering, vergeleken met de Brusselse metro, die geschikt is voor snelheden tot 72 km/uur wat in de praktijk leidt tot een commerciële snelheid van rond de 35 km/uur.
Auteur: Joske van Lith
Bombardier-lagevloertram, type Flexity Outlook, in dienst bij het ov-bedrijf van Brussel
Reactie plaatsen •