Parkeren, (deel)mobiliteit en laadinfrastructuur spelen een cruciale rol in het oplossen van maatschappelijke opgaven in Nederland. Voor de mate waarin we daarin slagen is het cruciaal dat we op de juiste manier met elkaar in gesprek blijven, aldus Marco de Jong, directeur van Empaction. De verharding van de maatschappij, generatieverschillen én het feit dat overheden behoorlijk verzuild zijn georganiseerd, zijn daarbij grote uitdagingen. De Jong is echter positief gestemd en ziet meer dan genoeg lichtpuntjes.
Bereikbaarheid, een uitdagende puzzel
Foto: Shutterstock
‘De toekomst bereikbaar’ is de slogan die de bezoeker van de website van adviesbureau Empaction als eerste ziet. Bereikbaarheid is veel meer dan vroeger, een ingewikkelde puzzel waar verschillende modaliteiten een rol spelen. Parkeren hoort daar uiteraard bij, maar de tijd dat parkeren een op zichzelf staand vakgebied was, behoort tot het verleden. “Parkeerbeleid van deze tijd kan niet meer los worden gezien van deelmobiliteit en elektrisch laden”, stelt Marco de Jong. “In de dagelijkse praktijk zien we helaas verschillende beleidsmakers en afdelingen doorgaans hun eigen beleid op deze onderwerpen voeren. Terwijl voor ons de interactie in de driehoek van parkeren, deelmobiliteit en laden zo duidelijk is. Alleen een aansluitend beleid en versterkende onderlinge uitvoering maximaliseert de broodnodige waarde die het kan bieden om bijvoorbeeld de verdichtingsopgave en de milieuopgaven die we hebben, te realiseren.”
Fonds
In die onderlinge afstemming is heel veel te winnen. In Tilburg, waar De Jong zelf betrokken is bij het beleid voor deelmobiliteit, is een geïntegreerde aanpak de insteek. “Daar is in de parkeernormen opgenomen dat de ontwikkelaar van een nieuwe woningbouwontwikkeling of nieuwe wijk een storting doet in een mobiliteitsfonds. De gemeente zet vervolgens een toegespitst aanbod van deelmobiliteit neer, daar is die ontwikkelaar namelijk helemaal niet in gespecialiseerd. Ze zorgt ook voor voldoende aanbod van laadvoorzieningen met een redelijk tarief, zodat de business case eerder de kans heeft positief te draaien. Alleen met deze combinatie werkt het echt.”
De veronderstelling dat deelmobiliteit bij uitstek iets is voor de happy few en/of eigenlijk financieel geen haalbare kaart is, nuanceert De Jong. “Het is een kwestie van perceptie. Een eigen auto hebben is namelijk ook duur. Maar voor iemand die in het centrum van een grote stad woont en de auto maar een paar uur per week gebruikt, is deelmobiliteit zeker niet duurder. Het is dan eigenlijk simpelweg de betere optie, want bij een hoogwaardige dienstverlening word je immers juist ontzorgd. En daar gaat nog iets mis in de communicatie, er is een kloof in kennis.”
Gelijktrekken kennisniveau
Het gelijktrekken van het kennisniveau over mobiliteit is iets waar Empaction stevig op inzet bij participatietrajecten. “We gaan altijd vooraf naar de raad en het college. Onze boodschap is dat wanneer we een oplossing weten te creëren binnen de gestelde randvoorwaarden, waar alle betrokkenen blij mee zijn, dat we dan ook verwachten dat de gemeente dat voorstel aanneemt. Vervolgens steken we veel tijd in het gelijktrekken van het kennisniveau van alle belanghebbenden, zodat voor iedereen duidelijk is wat een parkeerregeling kan betekenen. Vaak zie je in dit proces een duidelijk omslagpunt, er ontstaat ruimte voor feitelijke en emotionele standpunten, begrip voor elkaars belangen groeit, waarna een groep elkaar vrijwel altijd vindt en er samen met één advies uit komt.”
Wantrouwen in de overheid
De huidige tijdsgeest maakt dit overigens niet eenvoudiger. “Het wordt lastiger om echt iedereen te bereiken, dat merken we wel”, erkent De Jong. “Er is een groep die het makkelijker vindt om te zeggen wat ze niet willen, in plaats van mee te denken over hoe het wel kan. De coronaperiode heeft dat versterkt, sommige mensen wantrouwen de overheid. En soms terecht, trouwens. Alleen is het zo belangrijk om met elkaar in gesprek te blijven en samen te besluiten over onze steden. Helaas staat niet iedereen daar open en constructief in, en ook dat moeten we accepteren.”
Oplossing
Geen vrolijke constatering, maar gelukkig zijn er vooral ook voorbeelden van hoe het gesprek juist wel bijdraagt aan de oplossing. “We hebben gewerkt aan een project waar de gemeente een autoluwe binnenstad creëert. Dat betekent dat een aantal bewoners de auto in een verderop gelegen parkeergarage moet gaan zetten. Een abonnement in die garage bleek fors duurder dan de straatvergunning die bewoners nu moeten betalen. Omliggende bewoners en ondernemers hebben toen zelf voorgesteld om gezamenlijk iets meer voor hun vergunning op straat te betalen. Van het verkregen geld wordt de abonnementsprijs van de garage verlaagd en op hetzelfde niveau gebracht als een vergunning op straat. Zo kan het dus ook!”
Helaas ziet De Jong ook dat de samenleving verhardt, iets wat bijvoorbeeld bij dit soort participatieprocessen soms duidelijk wordt. “Daarom trainen we onze mensen met name op zachte skills. We besteden dus veel aandacht aan wat een adviseur moet kunnen.”
Generatieverschillen
En dan zijn er ook nog generatieverschillen, waarvan De Jong vindt dat die aandacht behoeven. “Bij Empaction is onze oudste collega 75 en de jongste 25. Dat zijn écht andere generaties. Die kloof met de jongste generatie is minstens zo groot als vroeger, zo niet groter. Jongeren van nu leven met meer druk dan wij vroeger. Ze hebben regelmatig te hoge verwachtingen van zichzelf en hun omgeving. Net afgestudeerden moeten van zichzelf meteen impact maken, maar dat hoeft niet en gaat vaak ook niet. Soms wel trouwens en dat is dan wel inspirerend, maar er moet ruimte zijn voor leren en fouten maken”, benadrukt De Jong. “Daarom hanteert Empaction een buddysysteem, waarbij een jonge collega wordt gekoppeld aan een senior. En we proberen vaak jongere en oudere collega’s samen op projecten te zetten.”
Zoals De Jong intern het gesprek blijft faciliteren, zo hoopt hij ook dat maatschappelijk gezien tegenstellingen worden overbrugd. “Ik ben er echt een voorvechter van dat we met elkaar in gesprek blijven. Het is een illusie om te denken dat we het overal over eens kunnen zijn. Maar onze gezamenlijke opgaven vragen wel om begrip van feiten, standpunten en argumenten om vandaaruit met elkaar een werkende totaaloplossing te bieden.” Anders gezegd: met elkaar een uitdagende puzzel te leggen.
Dit artikel komt uit Trends 2025, binnenkort op uw deurmat óf digitaal te lezen via onze digitale bibliotheek!