Auto's halen DRIP's en matrixborden 'binnenboord'

Matrixborden, DRIP's en andere routepanelen zijn binnen een jaar of tien niet meer nodig voor verkeersinformatie. Hun functie is dan 'binnenboord' gehaald door verdere introductie en perfectionering van in car-systemen. Dit voorspelt dr. Jan Linssen, voorzitter van de vereniging VEMODIS waarin negen distributeurs van verkeersinformatie hun krachten hebben gebundeld.

De serviceproviders menen dat reis- en verkeersinformatie nog veel beter kan, mits wegbeheerders completere en betere basisgegevens aanleveren. Dat is het doel voor de korte termijn waarvoor ARS T&TT, ANWB en de VerkeersInformatieDienst het initiatief namen. Gecompleteerd met Eurotraffic, Falkplan-Andes, Locatienet, Meteo Consult, de 9292 REISinformatiegroep en TomTom is VEMODIS sinds afgelopen voorjaar een feit. Samen zijn de negen organisaties verantwoordelijk voor verspreiding van 80 procent van de verkeersinformatie.
De leveranciers van de basisgegevens, in casu de wegbeheerders, bundelden al eerder hun krachten. Zij zijn verenigd in de Nationale Databank Wegverkeersgegevens die in 2009 moet gaan 'draaien'. De serviceproviders willen voorkomen dat deze NDW een zaak van en voor wegbeheerders blijft. En dat de daar verzamelde basisgegevens hoofdzakelijk benut worden voor 'eigen gebruik', dat wil zeggen het gebruik voor verkeersmanagement door de wegbeheerders zelf.
Om óók het broodje 'verkeersinformatie' te kunnen bakken, is bij wijze van spreken meer en ander meel nodig, vinden de serviceproviders. Daarvoor hebben ze gegevens nodig van het héle wegennet. Ter vergelijking: het basisnetwerk van de NDW is zegge en schrijve 6600 kilometer lang. Om completere en betrouwbaardere basisgegevens te verwerven, wil de nieuwe vereniging gesprekken aangaan met de NDW maar ook met individuele wegbeheerders. Met de gemeente Rotterdam en de provincie Noord-Brabant voert VEMODIS al zulke gesprekken.
Linssen: 'Er zijn de laatste jaren in de gegevensstroom al enorme sprongen voorwaarts gemaakt, dat is waar. Maar nog steeds worden files gemeld die niet meer bestaan. Of omgekeerd. Bovendien is er meer congestie dan in de radioverkeersinformatie past. We moeten nog meer naar andere kanalen, zoals internet voor een goede reisplanning vooraf. Tegelijk moet de slag worden gemaakt van kilometer- naar tijdsinformatie. Zodat mobilisten vooraf weten hoe veel tijd voor een bepaalde verplaatsing van deur tot deur nodig is. Daarvoor zijn betrouwbare basisgegevens van het hele wegennet nodig.'

Dynamische verkeersinfo
Dynamisering van verkeersinformatie (onderweg in de auto per scherm of stem 'bijgepraat' worden over de actuele situatie) is eveneens een doel van VEMODIS. Eén deelnemer (TomTom) is daarmee al actief. Linssen voorspelt dat al in 2009 een nieuwe generatie producten verschijnt die reisverwachtingen bieden. De schier ongebreidelde opmars van navigatieapparatuur speelt daarbij een rol. In verreweg de meeste gevallen maakt die de automobilist nu alleen nog ‘wegwijs’. En allesbehalve ‘verkeerswijs’. Linssen voorziet razendsnelle ontwikkelingen. Hij verwacht dat ook de verkeersmanagementsystemen, althans hun signaalgevers, 'binnenboord' zullen worden gehaald. Binnen vijf à tien jaar kan daarvan sprake zijn, zeker als e-callsystemen voor ongevalsdetectie een grote vlucht hebben genomen. 'Het laatst zullen de rode kruisen in matrixborden van de weg worden gehaald', zegt Linssen, 'want verkeersveiligheid blijft het domein van de wegbeheerder.'