Arriva al na eerste maand van ROA-concessie beboet

'De slechtste start ooit van een ov-concessie'. Zo typeert reizigersorganisatie ROVER de eerste maand van de Arriva-dienstregeling in het noordelijke ROA-gebied tussen de plaatsen rond Purmerend en de stad Amsterdam. Opdrachtgever ROA reageert hierop met een boete van 250.000 euro en verwacht dat de vervoerder een gebaar maakt naar gedupeerde reizigers.

Een waslijst van tekortkomingen noemt ROA-woordvoeder Ruud de Kort op: uitgevallen bussen, te lage frequentie, overgeslagen haltes, te volle bussen en chauffeurs die de weg niet kennen. ‘Het regende klachten in de regionale pers en bij de gemeenten in het concessiegebied, de regio Waterland.
Op 11 december 2005, zo was de afspraak, zouden de reizigers in dit gebied een betere ov-dienstregeling krijgen. De nieuwe concessiehouder zou naast de 350 ‘vertrouwde’ chauffeurs van de vertrekkende vervoerder Connexxion, nog eens honderd nieuwe chauffeurs inzetten op een fors uitgebreide dienstregeling. Ook zou er vanaf die datum een nieuwe busvloot aantreden, met natuurlijk een comfortabele lage instap.
Arriva, teleurgesteld over de boete, geeft meerdere oorzaken voor de ‘valse’ start. Niet alle bussen werden op tijd geleverd en het lukte de vervoerder niet om voldoende nieuw personeel te werven en op tijd op te leiden voor de inzet in de regio. Bovendien communiceerde het nieuwe communicatiesysteem in de bussen niet met het bestaande Vetag-systeem waardoor de bussen geen voorrang kregen bij de verkeersregelinstallaties.
Voor ROVER een bevestiging van een reeds opgemerkte ‘reputatie’ dat Arriva ‘veel belooft en weinig waarmaakt’, aldus woordvoeder Rikus Spithorst. Van overmacht is volgens hem in dit geval geen sprake omdat Arriva wist op welke datum materieel en personeel gereed moest zijn. ‘Daar baseer je ook je afspraken met de busproducent op.’ Overmacht is, wat Spithorst betreft, ‘als 50 procent van je personeel door griep wordt geveld.’ Wel benadrukt hij dat de ‘relatief’ lage boete van 250.000 euro - ROA had volgens contract 1,5 miljoen euro kunnen vorderen - in verhouding staat met de inspanningen die Arriva sinds 11 december heeft geleverd om de startproblemen op te lossen. Er zijn bussen uit andere concessiegebieden ingezet en er is hard gewerkt aan verbetering van de dienstregeling en de techniek. Arriva-woordvoerster Margreet Bennink hierover: ’de dienstregeling loopt nu goed. Het communicatiesysteem hapert soms nog, maar werkt nu wel.’
Opdrachtgever ROA sprak na de eerste klachtenregen met Arriva een verbetertermijn af tot 9 januari. Op die dag is door ROA, ROVER en een extern bureau de balans opgemaakt. Conclusie was dat de problemen sterk waren verminderd, maar de vervoeder krijgt vooralsnog nog geen voldoende. ROA-woordvoerder de Kort:‘hoewel er nog slechts een beperkte uitval van ritten werd geconstateerd, liet de punctualiteit nog wel te wensen over. Afwijkingen tot 10 minuten zijn gesignaleerd. Met het opleggen van de boete wil het ROA haar zakelijke houding tonen als opdrachtgever. De Kort: ‘de reiziger weet dat er een boeteclausule is, die moeten we als goede opdrachtgever dan ook toepassen.’

Gebaar
ROVER sluit niet uit dat als gevolg van de ROA-boete vervoerders nu met realistischer en haalbaarder offertes komen. Ook sluit de reizigersorganisatie niet uit opdrachtgevers meer tijd zullen inbouwen tussen de gunning en de daadwerkelijke ingang van de dienstregeling. Of Arriva het einde van de concessierit haalt staat vooralsnog niet ter discussie. Zowel ROVER als ROA verwachten van de vervoerder een gebaar naar de reizigers. Daar gaat Arriva zeker aan voldoen, aldus Bennink. Over het betalen van boete zal de vervoerder zich nog beraden.