Amper afname verkeersslachtoffers in 2020
Uit analyse van VIA, politie en verzekeraars blijkt dat fietsers en voetgangers in 2020 kwetsbaarder waren in het verkeer dan verwacht. Ondanks een afname van het aantal verkeersongevallen, daalde het aantal slachtoffers niet evenredig mee.
Het onderzoek had als doel om de verkeersveiligheidscijfers over het bijzondere jaar 2020 beter te kunnen duiden. Zo zijn de effecten van de coronamaatrdegelen bij het onderzoek betrokken.
De jaarlijkse ongevalcijfers worden doorgaans niet specifiek toegelicht. 2020 vormt daarop, om bekende redenen, een uitzondering. Het onderzoek is gebaseerd op STAR-ongevaldata afkomstig van de politie over de jaren 2016 tot en met 2020, en op HERE Floating Car Data voor snelheden van 2020 uit VIA software.
Bron onderstaand: VIA.
Ongevallencijfers
Om te beoordelen of de ongevallencijfers door de COVID-19-maatregelen zijn beïnvloed, is een verwacht jaarverloop van de ongevallen en slachtoffers gemaakt voor 2020. Gekozen is voor de maandcijfers om een beter inzicht te krijgen in de verschillende COVID-19-maatregelen die zich voor hebben gedaan in de maanden maart tot en met december 2020.
Uit de vergelijking in (Figuur 1) tussen de verwachte en werkelijke cijfers blijkt dat het totaal aantal verkeersongevallen in 2020 21% lager ligt. Tijdens de lockdown was in april zelfs sprake van 40% minder ongevallen en in november lag dit 27% lager. Het totaal aantal verkeersslachtoffers, zie Grafiek 2, ligt in 2020 11% lager dan verwacht (8% minder verkeersdoden en 11% minder verkeersgewonden). Opvallend is de stijging in april terwijl het aantal verkeersongevallen in die maand juist daalde, 29% minder slachtoffers versus 40% minder ongevallen. De piek in september lijkt het gevolg van het mooie weer en meer fietsvakanties dan normaal.
Het aantal verkeersongevallen neemt sterker af dan het aantal verkeersslachtoffers. Dit leidt ertoe dat de kans om slachtoffer te worden bij een ongeval, vooral tijdens de lockdowns, beduidend groter was dan ‘normaal’. Er is flink minder autoverkeer en toch dalen de slachtoffercijfers van de kwetsbare vervoerswijze (voetgangers en tweewielers) weinig. Een verklaring hiervoor wordt mede gezocht in de hogere rijsnelheden, met name op de ontsluitingswegen die veel minder verkeer hadden.
Opmerkelijk is dat het werkelijke aantal slachtoffers onder de volwassenen het grootste verschil laat zien. Opvallend is de duidelijke daling tijdens de najaars-lockdown. De ouderen daarentegen laten het minste verschil zien. De verkeersdeelname van jongeren als gevolg van de COVID-19-maatregelen (daling door schoolsluiting en stijging door vakantie in eigen land) heeft ook zijn weerslag op de slachtoffercijfers. Het toont aan dat maatregelen die sturen op meer of minder jongeren in het verkeer direct zijn terug te zien in de slachtoffercijfers.
Rijsnelheden
Het lijkt erop dat de verkeersdrukte op de ontsluitingswegen een direct effect heeft op de snelheid, uitgedrukt in percentage hardrijders (Grafiek 3) en de mate van limietoverschrijding van de V85 (Grafiek 4), en bijzonder effect op het aantal verkeersslachtoffers. Bij een ‘lagere’ verkeersdrukte stijgt de snelheid en daarmee de kans op slachtoffers. Bij een ‘net geen file’ verkeersdrukte daalt de snelheid (10% minder hardrijders en 14% lagere V85 in december ten opzichte van oktober) en daarmee de kans op slachtoffers (3% lager in december ten opzichte van oktober). Dit is in lijn met bestaand onderzoek dat heeft aangetoond dat het risico op ernstige ongevallen tussen 3 en 5% stijgt/daalt bij 1 km/u verschil in de gemiddelde snelheid.
Het ongeval-DNA geeft inzicht
Naast de oorzaak van verkeersongevallen zijn ook de omstandigheden waaronder de ongevallen hebben plaatsgevonden van belang. Op het moment dat duidelijk is welke omstandigheden veel voorkomen is het mogelijk hiervoor gerichte maatregelen te treffen dan wel te ontwikkelen. Om conclusies over mogelijke omstandigheden te trekken op basis van enkel de ongevallengegevens is een nieuwe methodiek ontwikkeld: het ongeval-DNA.
Ongeval-DNA is een, met behulp van data-science-technieken, samengestelde groep gelijksoortige ongevallen. Met het DNA kunnen we de grootte van een groep ongevallenkenmerken bepalen én onderzoeken of de aantallen de laatste jaren stijgen/dalen. Dit inzicht geeft een nieuwe dimensie aan het werken met ongevallen en maakt het mogelijk sneller signalen te herkennen, te monitoren en prioriteren.
DNA-matrix
Om te bepalen welke DNA-groep de grootste impact heeft op de verkeersveiligheid is gewerkt met de DNA-matrix. De matrix maakt het mogelijk om twee verschillende variabelen in samenhang te beoordelen en te prioriteren. De volgende twee indicatoren, gebaseerd op ranking en geschikt om alle 40 DNA-groepen in Nederland onderling te vergelijken, zijn toegepast:
- verticale as: DNA-score. Dit is een totaal score op basis van het totaal aantal ongevallen, de slachtofferongevallen, de dodelijke ongevallen (jaren 2016 t/m 2020) en een risicocijfer gebaseerd op verwachte aantallen;
- horizontale as: Trendscore. Dit is een score op basis van de weging toegekend aan de ongevallenjaren om de trend van een DNA-groep te herkennen.
Kenmerkend in de drie DNA-groepen met hoogste prioriteit (hoog aandeel slachtoffers en sterk gestegen) is de betrokkenheid van kwetsbare vervoerswijze met een mix van alle leeftijden, alhoewel ouderen minder zijn vertegenwoordigd. Ongevallen vonden plaats buiten de spits op een doordeweekse dag veelal binnen de bebouwde kom.
Opvallend hieraan is dat juist als er minder verkeer is door de COVID-19-maatregelen de kwetsbare verkeersdeelnemers er in negatieve zin uitspringen. Een belangrijke conclusie aangezien in Nederland, maar ook in de rest van de wereld, wordt ingezet op het promoten van langzaam verkeer om steden bereikbaar en leefbaar te houden door de auto te weren. Naast promoten is dus ook extra aandacht noodzakelijk voor de veiligheid van de kwetsbare verkeersdeelnemer. Zeker als het beleid effectief is en de wegen minder druk worden geeft dit ruimte aan het gemotoriseerde verkeer om harder te gaan rijden wat de situatie onveiliger maakt.
Kenmerkend in de drie DNA-groepen met laagste prioriteit (geen slachtoffers en sterk gedaald) is dat het blikschade-ongevallen van het snelverkeer met volwassen bestuurder betreft, op een werkdag, wel verspreid over de hele dag. Hier geldt de stelling ‘minder verkeer – minder blik-ongevallen’.
Lessen voor de toekomst
- De verkeersdeelname van jongeren als gevolg van de COVID-19-maatregelen (daling door schoolsluiting en stijging door vakantie in eigen land) is direct terug te zien in de slachtoffercijfers. Het laat zien dat maatregelen die sturen op meer of minder jongeren in het verkeer direct zijn terug te zien in de slachtoffercijfers.
- September springt er bij alle leeftijdsgroepen en de kwetsbare vervoerswijzen uit. De verklaring kan worden gezocht in het mooie weer van september. Op het weer hebben we geen invloed, maar het verdient wel onze aandacht om er in de toekomst rekening mee te houden.
- Als het thuiswerken de nieuwe norm wordt zal de ‘ruimte’ die ontstaat op de weg moeten worden vertaald naar een hogere bescherming van de veiligheid van de kwetsbare verkeersdeelnemer. Een gegeven dat gebruikt kan worden bij verkeerscirculatieplannen gericht op het terugdringen van het autoverkeer, met name binnen de bebouwde kom, door de aanleg van meer 30 km/u (fiets)straten.
Lees hier zelf het hele onderzoeksrapport. (VIA).
Fietsers zijn geen kwetsbare verkeersdeelnemers. Voetgangers ook niet trouwens.
Het probleem zijn de gevaarlijke voertuigen die er rijden op de weg. Daar ligt de oplossing.
Bij roken pakken we immers ook de oorzaak aan, en noemen meerokers geen “kwetsbare” groep.
Ingediend door Léon Tebbens op vr, 09/04/2021 - 15:30
Reactie plaatsen •