Ad Heil: Verkeerspolitie transformeert tot politie in het verkeer
In Dossier Handhaving Verkeerskunde 8/2011 gepubliceerd onder de titel
'Werkzaam en waakzaam'.
Ad Heil, portefeuillehouder Verkeer in de Raad van Korpschefs:
‘Hogere pakkans, minder bonnen, beter weggedrag’
Meer blauw op straat roepen politici. De verkeerspolitie maakt een tegengestelde beweging, maar ook weer niet. De traditionele verkeerspolitietaak digitaliseert met rasse schreden: snelheidscontroles, sporenonderzoek en ongevalanalyses gebeuren vanachter een beeldscherm. Tegelijkertijd is het verkeer ‘the place to be’ voor de politie in het verkeer.
Het politieapparaat maakt zich op om van 26 regionale, naar één landelijk korps te reorganiseren. Dat moet leiden tot één aanspreekpunt voor belangrijke ketenpartners. Ad Heil is portefeuillehouder Verkeer in de Raad van Korpschefs. Aan hem de vraag wat dit en meer betekent voor de verkeerstaken van de politie.
‘Je ziet dat de controle- en pakkans toenemen door de techniek, maar ook door samenwerking in de keten. Ik was een paar weken geleden bij een grote controle, waar alles bij staat: de belastingdienst, douane, de milieudienst. Gaat er een signaal bij de belastingsdienst, dan kan bij staandehouding blijken dat er nog meer aan de hand is op het gebied van criminaliteit.’
‘Naast de zichtbare handhavingstaak, werken we achter de schermen hard aan de doelkant van de wetgeving. Wat is de impact van handhaving, wat moet er gebeuren, waar moet iets gebeuren? En hoe? Dezelfde beweging zie je bij de politietaak bij ongevallen. Je bent erbij om te assisteren, maar de hele afwikkeling en analyse van een ongeval gebeurt achter de schermen. We komen bij zware ongevallen, maar maken zo snel mogelijk de weg weer vrij. Vroeger was je ter plekke lang bezig met technisch onderzoek om de ongevaloorzaak te achterhalen en om sporenonderzoek te doen. Nu worden steeds meer voertuigen elders ‘digitaal uitgelezen’. Dat geldt ook voor het reconstrueren van het gedrag van de bestuurder in de aanloop naar het ongeval, door het uitlezen van de telefoon en het navigatiesysteem. En zelfs het sporenonderzoek digitaliseert. Met videoapparatuur worden sporen opgenomen en later bestudeerd en geanalyseerd.’
‘De economische winst die we hiermee boeken is nu al een factor 3 tot 4 ten opzichte van zo’n 3 à 4 jaar geleden’, zegt Heil. ‘En die ontwikkeling gaat nog door.’ Maar ook op straat verandert de politietaak. ‘Voordat we gaan handhaven, kijken we op basis van klachten ter plekke wat er precies aan de hand is. En zijn we in het verkeer, dan kijken we naar meer dan alleen handhaving van verkeersregels. De verkeerspolitie is niet alleen werkzaam maar ook waakzaam, en buigt om naar politie in het verkeer.’ Als het gaat om de verkeersveiligheidaanpak kiest de politie voor een integrale aanpak en dus voor samenwerken met ketenpartners. Heil: ‘Neem een ongeval op de snelweg. Wij richten ons op het ongeval en Rijkswaterstaat bekommert zich om de filevorming en omleiding. Ook stemmen we de berging vroegtijdig af. Samenwerken doen we ook in Europese en nationale voorlichtingscampagnes. Nu loopt er campagne ‘afleiding in het verkeer’. Wij controleren nu extra op afleiding en versterken zo de campagne.’
Op de vraag of de politie goed op de kaart staat bij wegbeheerders, antwoordt Heil volmondig: ‘Ja!’ ‘Wij willen een betrouwbare partner zijn en doen dat door heel duidelijk te zijn in onze verwachtingen over wie wat doet en proberen zoveel mogelijk gebruik te maken van elkaars kwaliteiten. Dat werkt, maar het kan natuurlijk altijd beter. Als we bijvoorbeeld merken dat hetzelfde type ongeval (van de weg afraken) of dezelfde overtredingen (te snel rijden) blijven plaatsvinden ondanks handhaving, dan kan het zijn dat een ingreep in de infrastructuur toch een betere oplossing is, ook al begrijpen we dat dát vaak niet direct kan.’
Wat gebeurt er met de samenwerking in de keten in de overgang naar de nationale politie? Heil: ‘Die zal alleen maar beter worden. Ketenpartners moeten nu met 26 politiepartners samenwerken, dat kan dan met één organisatie. We gaan nu kijken wat de korpsen ervan vinden, want je ziet onderling toch verschillen in beleid; dat kan gaan om wel of niet waarschuwen, wel of niet naar een ongeval gaan, of wel of niet handhaven in 30 km-gebieden. Om naar partners duidelijk te zijn, zouden die afspraken gelijk moeten gaan lopen. Wijk je af van dat beleid dan moet je een goed verhaal hebben.’
Moord en doodslag
Op de vraag of er een specifieke rol voor de verkeerspolitie blijft bestaan antwoordt Heil realistisch en absoluut: ‘De verkeerspolitie zal niet in omvang toenemen, maar zeker blijven bestaan; het aantal niet-natuurlijke doden dat in het verkeer valt, is nog steeds 16 procent, ten opzichte van 3 procent dat sterft door moord en doodslag.’
Kijkend naar de techniek, verwacht Heil dat handhavingcontroles over langere afstanden uitgebreid zullen worden en dat de pakkans richting de 100 procent gaat. Enerzijds door trajectcontroles, anderzijds door het koppelen van nieuw in te zetten (mobiele) flitspalen. Volgt er dan een bonnenregen? ‘Juist niet. We zien bij trajectcontroles dat mensen massaal hun gedrag aanpassen. Het effect is dat het weggedrag beter wordt.’
Auteur: Joske van Lith
Reactie plaatsen •