Als de markt zich op het huidige tempo doorontwikkelt, is de verkoop van elektrische stadsbussen in de gehele EU dit jaar voor het eerst groter dan de verkoop van dieselvarianten. Dat blijkt uit onderzoek van de Rabobank.
E-bus haalt dieselbus in de EU in
donderdag 6 april 2023
Dat Nederland Europees koploper in elektrische bussen is wisten we al wel. Sinds het bestuursakkoord Zero Emissie Bus werd aangenomen, rijdt inmiddels al zo’n 25 procent van de busvloot elektrisch. Vrijwel geen enkele vervoerder koopt nog dieselbussen: in 2020 verschenen 550 nieuwe stadsbussen op het toneel en daarvan waren er 445 batterij-elektrisch.
In Europees perspectief is het Nederlandse aandeel echter klein. Het totale Europese bussenpark bedraagt zo’n 750.000 voertuigen en Nederland exploiteert 8.500 bussen, iets meer dan 1 procent van het totaal. Polen, Italië, Frankrijk, Duitsland, Spanje en Roemenië zijn samen goed voor meer dan 80 procent van het wagenpark van 750.000 voertuigen in de EU.
In navolging van Nederland komt de rest van Europa steeds meer op gang, laat Rabobank nu weten. Vooral ambitieuze steden lopen voorop om de voor 2030 gestelde emissiedoelen vanuit de Europese Green Deal te halen. Onderdeel van aanbestedingen is vaak dat aanbieders elektrische bussen moeten leveren voor de stadsdiensten.
Rabobank ziet sinds 2018 een sterke toename van de verkoop van elektrische stadsbussen in heel Europa. Als deze trend doorzet, verwacht de bank dat in de loop van 2023 de verkoop van elektrische stadsbussen in de EU voor het eerst de verkoop van dieselbussen overtreft.