Vorig jaar werden 76.400 fietsslachtoffers behandeld op de spoedeisende hulp (SEH). Van deze slachtoffers was 42 procent 55 jaar of ouder en 12 procent in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar. Het aantal SEH-bezoeken in deze twee leeftijdsgroepen steeg bovendien het hardst in de afgelopen tien jaar ten opzichte van het totaal aantal fietsslachtoffers. Ook opvallend: het aantal fietsslachtoffers dat op een elektrische fiets (waaronder de fatbike) reed ten tijde van het ongeval, neemt de laatste jaren fors toe. We constateren een stijging van 92 procent in vijf jaar tijd.
Stijging 92 procent elektrische-fietsslachtoffers
Fietsers vormen al jaren de grootste groep verkeersslachtoffers die op een SEH worden behandeld na een verkeersongeval. In 2023 bestond 63 procent van alle verkeersslachtoffers uit fietsslachtoffers. Van de 76.400 fietsslachtoffers die op de SEH werden behandeld, had 64 procent ernstig letsel (MAIS2+). De meeste fietsslachtoffers (70 procent) bezochten de SEH naar aanleiding van een eenzijdig ongeval. We zien eveneens dat het aantal fietsslachtoffers met ernstig letsel in de afgelopen tien jaar (2014-2023) met 27 procent is gestegen.
Opkomst elektrische fiets
Het straatbeeld laat de laatste jaren een opkomst zien van de elektrische fiets (waartoe ook de fatbike behoort) onder verschillende leeftijdsgroepen. In 2023 reed tenminste 15 procent van de fietsslachtoffers dat op de SEH werd behandeld op een elektrische fiets, dit was in 2019 nog slechts 8 procent. Dit betreft overigens een minimale schatting, omdat er in het elektronische patiëntendossier niet altijd expliciet wordt aangegeven dat het om een elektrische fiets gaat.
Vorig jaar bezochten 11.200 slachtoffers de SEH na een ongeval met een elektrische fiets. Van deze groep elektrische-fietsslachtoffers werd 67 procent behandeld op de SEH voor ernstig letsel. Wanneer we kijken naar het aantal elektrische-fietsslachtoffers met ernstig letsel dat in de afgelopen vijf jaar op de SEH is behandeld na een verkeersongeval, dan zien we een stijging van maar liefst 92 procent.
Risicogroepen fietsslachtoffers
Leeftijdsgroepen die een hogere kans hebben op een SEH-bezoek na een fietsongeval zijn 12-17 jarigen en fietsslachtoffers van 55 jaar en ouder. Hierbij zijn de aantallen fietsslachtoffers afgezet tegen het aantal inwoners en tegen het aantal afgelegde fietskilometers. De groep 12-17 jarige fietsslachtoffers vormden 12 procent van alle fietsslachtoffers in 2023. De groep fietsslachtoffers van 55 jaar en ouder vormden met 42 procent de grootste groep fietsslachtoffers. In de afgelopen 10 jaar steeg het aantal SEH-bezoeken met ernstig letsel het hardst in deze twee leeftijdsgroepen, respectievelijk 41% voor de groep 12-17 jarigen en 35% voor de groep van 55 jaar en ouder.
Onder de eerdergenoemde 11.200 slachtoffers die op een elektrische fiets reden en een SEH bezochten na een ongeval, bevinden zich ook veel jonge slachtoffers. In 2023 bezochten naar schatting 1.500 12-17 jarige fietsslachtoffers de SEH na een ongeval met de elektrische fiets. In de leeftijdsgroep 55 jaar en ouder waren dit er 5.500. Van alle fietsslachtoffers in de leeftijd 12-17 jaar was het aandeel elektrische fietsslachtoffers 16 procent. Dit is ongeveer even hoog als het aandeel elektrische fietsslachtoffers (ten opzichte van het totaal aantal fietsslachtoffers) in de groep van 55 jaar en ouder (18 procent). Het aantal fietsslachtoffers dat op een elektrische fiets reed, steeg in de leeftijdsgroep 12-17 jaar sterker dan in de leeftijdsgroep 55 jaar en ouder. In de periode 2019-2023 steeg het aantal SEH-bezoeken met ernstig letsel als gevolg van een elektrische fietsongeval met 319 procent bij de 12-17 jarigen en 47 procent bij de leeftijdsgroep 55 jaar en ouder.
Toename fatbikes in straatbeeld en op de SEH
In 2021 werd de fatbike voor het eerst gemeld in het Letsel Informatie Systeem (LIS) als type voertuig waarmee een ongeval heeft plaatsgevonden. In 2022 werd de fatbike al vaker genoemd, namelijk zeven keer. Deze opwaartse trend heeft doorgezet in 2023. Toen kwam het woord fatbike namelijk al 71 keer voor in LIS. Hiervan was 59 keer het slachtoffer tevens de bestuurder van de fatbike. In 12 gevallen was er een fatbike betrokken bij het ongeval. Het aantal van 59 moet beschouwd worden als een ondergrens van het werkelijk aantal SEH-bezoeken als gevolg van een ongeval met een fatbike in Nederland. Net als bij de elektrische-fietsslachtoffers zijn wij afhankelijk van wat er op de SEH wordt opgeschreven in het elektronisch patiëntendossier.
Ondanks dat met de toename van de verkoop van het aantal fatbikes het te verwachten is dat het aantal fatbike slachtoffers ook zou kunnen stijgen, zien wij een zorgwekkende trend in de data. Van de 59 fatbike slachtoffers in 2023 was namelijk meer dan één derde in de leeftijd 10 -14 jaar. Ook zien we relatief veel hersenletsel (28 procent) onder de fatbike slachtoffers, waarvan meer dan de helft ernstig hersenletsel betreft. De ongevallen betreffen voornamelijk eenzijdige ongevallen (52 procent) en botsingen met andere verkeersdeelnemers (34 procent). Wanneer er wordt gebotst met een andere verkeersdeelnemer, dan zijn dit veelal auto’s.
Hersenletsel bij fietsslachtoffers
De gevolgen van een fietsongeval kunnen groot zijn. Uit een verdiepend onderzoek uit 2019 bleek dat een derde van de fietsslachtoffers na drie jaar nog steeds lichamelijke klachten ervaart[*]. Langdurige klachten zijn vooral een gevolg van de ernst van het letsel. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij hersenletsel. Het totaal aantal fietsslachtoffers (incl. elektrische fiets) dat op de SEH werd behandeld voor hersenletsel (licht en ernstig) is in de afgelopen tien jaar gestegen met 72 procent. De eerder genoemde risicogroepen fietsslachtoffers, 12-17 jarigen en de groep 55 jaar en ouder, laten tevens een alarmerend beeld zien. Bij de 12-17 jarige fietsslachtoffers is een gelijksoortige stijging te zien als in de algemene groep fietsslachtoffers, namelijk een (niet-significante) stijging van 63 procent over de afgelopen tien jaar. De stijging in de groep 55 jaar en ouder ligt met 157 procent aanzienlijk hoger dan in de algemene groep fietsslachtoffers.
Over het onderzoek naar langetermijneffecten fietsongevallen
Om meer inzicht te krijgen in het ontstaan, de gevolgen en het voorkomen van fietsongevallen voert VeiligheidNL, in opdracht van het Ministerie van IenW, ongeveer elke vier jaar een onderzoek uit onder slachtoffers van fietsongevallen. Hiervoor worden alle slachtoffers benaderd die naar aanleiding van een fietsongeval zijn behandeld op één van de 14 SEH’s die deelnemen aan het Letsel Informatie Systeem (LIS) van VeiligheidNL. In 2019 is een aanvullend onderzoek uitgevoerd naar de langetermijngevolgen van fietsongevallen. De groep fietsers die in 2016 had meegewerkt aan het onderzoek heeft in 2019 nogmaals een vragenlijst ingevuld over mogelijke klachten naar aanleiding van het fietsongeval in 2016. Dit leverde unieke inzichten op. In 2016 deden 3.146 slachtoffers mee aan het onderzoek. In 2019 hebben in totaal 811 van de 1.845 slachtoffers meegedaan.
Over VeiligheidNL
VeiligheidNL is hét kenniscentrum voor letselpreventie en zet zich al ruim 40 jaar in om het leven van miljoenen mensen veilig(er) te maken door veilig gedrag in een veilige omgeving te stimuleren. Om impact te kunnen maken richten we ons op de meest voorkomende en meest ernstige letsels, waar preventie belangrijk én mogelijk is. Dit doen we vanuit de programma's Valpreventie, Gehoorschadepreventie, Sportblessurepreventie, Verkeersveiligheid, Productveiligheid én Kinderveiligheid.