1987-2020 : Ongekende systeemsprong - van utopie naar realiteit
In 1987 leverde een bijzonder samengestelde projectgroep in opdracht van Rijkswaterstaat een opmerkelijk resultaat op: een visie op ons verkeerssysteem in 2050, rijk geïllustreerd in vier scenario’s. Opmerkelijk, omdat hun visioenen nu, halverwege 2050, al opvallend minder utopisch lijken dan ze in 1987 werden gepresenteerd. In deze aflevering van een tweedelige serie een indruk van ‘het zorgvuldige scenario’ dat de opstellers beschreven en illustreerden met tekeningen van Rudolf Das in de brochure ‘Over de Hoge Snelheids Autoweg naar Parijs’.
Het visionaire kernteam bestond in 1987 uit Ben Immers (TU Delft), Anton van den Broecke (Social Research), Rudolf Das (Das Design), Ed Heere, DHV Raadgevende Ingenieurs en Rijkswaterstaat-collega’s Ad de Rooy en Roelof Oldenburger. Met input van vele experts en adviseurs verkende het kernteam in vier scenario’s het verkeerssysteem in de verre toekomst. Hun ‘zorgvuldige scenario’ beschrijft en illustreert het verkeerssysteem in 2050 aan de hand van ‘een lang weekend’ uit het leven de familie van Doorn: Peter 44 jaar (marketing consulent) Ank, 40 jaar (parttime lerares) en hun twee kinderen Loes (14) en Niek (10). Ze wonen in een landelijk dorpje in de buurt van Eindhoven, in “een uit moderne huizen opgetrokken buurt temidden van veel groen”.
De familie van Doorn gaat logeren bij hun Franse vrienden Jean en Brigitte Palappe. Zij wonen in “Mont-Esprit, een nieuwe voorstad van Parijs. Mont- Esprit is gebouwd op kunstmatig aangelegde heuvels. Vanuit de woningen heeft men uitzicht over de het uitgegraven meer. De meeste woningen zijn zogenaamde ‘mobile homes’ die gemakkelijk verplaatst kunnen worden. Ook de Palappes hebben zo’n woning.” Zij vragen de Van Doorns om zo vroeg mogelijk te komen omdat ze een verassing hebben…. “
Over de reistijd: “Vanaf huis is het zo’n 20 minuten rijden tot de autosnelweg bij Eindhoven, en vandaar tot Parijs ongeveer anderhalf uur. In Parijs is het vanaf de autosnelweg tot het huis van hun vrienden ook weer ongeveer 20 minuten.” De visionairs verklaren de reistijd Eindhoven-Parijs als volgt: “Er is dan het Hoge Snelheids Autowegennetwerk, HSA. Daarover rijden de auto’s met een kruissnelheid van 250 km per uur. Of liever gezegd: ze worden gereden, want de voortgeschreden techniek heeft het mogelijk gemaakt om van die HSA’s een volledig geautomatiseerd systeem te maken De auto’s op de HSA worden bestuurd door een centrale computer, via de satellieten die boven Europa hangen en via de in elke HSA-auto ingebouwde “automatische piloot”. Deze Hoge Snelheids Autowegen verbinden alle grote Europese steden en economische centra met elkaar. Het HSA-metwerk is tot stand gekomen in het kader van de volledige Europese integratie”.
Over de infrastructuur: “Het HSA-net is gebouwd middels een speciale constructie op bijna 5 meter hoogte boven de middenberm van de van oudsher bekende autosnelwegen. Bij “wisselstations” kan men via speciale op- en afritten van de normale autosnelweg op de HSA komen en omgekeerd”.
Over de verkeersveiligheid: “Op de opritten wordt bij het passeren van een controlelijn automatische via de boordcomputer gecheckt of alle systemen van de auto goed functioneren, anders wordt men niet toegelaten tot de HSA en wordt men naar een zijspoor weggeleid”.
Over het voertuig: “Er zijn in 2050 twee typen auto’s: de volautomatische HSA-cars en de half-automatische E-cars voor de conventionele wegen. De HSA-cars zijn toegerust met twee bronnen van krachtopwekking: ze hebben een accu-batterij die een electro-motor aandrijft en een magneet-anker voor het rijden op de HSA. Accubatterijen hebben in 2030 een actieradius van ruim 300 km en kunnen gemakkelijk en snel bijgeladen worden”.
Over de voertuiggeleiding: “De voortbeweging van de auto’s op de HSA gaat volgens het LIM-systeem: de Lineaire Inductie Motor. Een krachtige inductiestroom onder het wegdek (mogelijk geworden door de moderne supergeleidende materialen) trekt de auto via het daarin gebouwde magnetische anker over de weg. In principe kan daarmee de snelheid onbeperkt worden opgevoerd. Uit veiligheidsoverwegingen is men internationaal overeengekomen de maximumsnelheid op 300 km per uur te houden en de kruissnelheid op 250 km per uur”.
Over de capaciteit: “Door “trein” vorming, dat is het aaneenkoppelen van een aantal auto’s door middel van electromagneten, in combinatie met de hoge snelheid, wordt de capaciteit van het HSA-systeem aanzienlijk opgevoerd, De maximale treinlengte die wordt toegepast bedraagt 100 voertuigen”.
Over de verrassing: Peter meldt Jean en Brigitte via de boordvidifoon: “Om 12 uur zijn we er!” Jean’s gezicht straalt. Hij wil vanmiddag zijn huis naar een andere plek op de woonheuvel laten verplaatsen. De grote hijskraan die het hele huis met de inhoud en al zal overbrengen, staat al gereed. Dat is dus de verrassing: verhuizen met logees!”
Geen luchtfietserij
Roelof Oldenburger, nog steeds werkzaam bij Rijkswaterstaat, maakte in 1987 deel uit van het kernteam. Hij rekende de visies door op haalbaarheid. Wat bleek? “Alles was haalbaar en uitvoerbaar en zelfs binnen de bestaande infrastructuur. Hoe utopisch het ook allemaal leek in 1987. Het was beslist geen luchtfietserij.”
Meer lezen
Wilt u meer lezen over het Project NNAO? Klik dan hier.
Lees hier de eerste aflevering van dit tweeluik.
Klik hier voor de brochure 'Over de Hoge Snelheids Autoweg naar Parijs'
De Hoge Sneldheids Autoweg is op vijf meter hoogte aangebracht boven de middenberm van bestaande autowegen.
Reactie plaatsen •