Het fenomeen ‘neptijdschriften’ bekend bij Nederlandse academici
Van Wee heeft dan ook geen reden om aan de strekking van het artikel te twijfelen, maar kan het persoonlijk niet bevestigen. ”Het feit dat ik nog van niemand heb gehoord dat ze ‘erin zijn getrapt’, kan misschien betekenen dat ze zich ervoor schamen en het niet vertellen. Maar het kan ook zijn dat het in mijn kringen niet voorkomt.”
Publicatiebeleid
Hoewel het fenomeen bekend is, houdt TRAIL geen lijst bij van neptijdschriften. “Het publicatiebeleid maken de promotoren en dagelijkse begeleiders samen en verschilt per aangesloten groep. Vaak is er beleid op het niveau van de universiteit, faculteit of vakgroep. Een veel voorkomende strategie is: alleen ISI-tijdschriften, plus enkele recent opgerichte tijdschriften met bekende academici in de editorial board. Nieuwe journals krijgen pas na jaren de ISI-status.” ISI staat voor, Institute for Scientific Information.
Open acces
Er lopen discussies over ‘open access’, weet Van Wee. “Sommige journals zijn in het geheel open access. Meestal betaalt de auteur aan het journal voor de kosten.” Ook zijn er journals die op zich niet open access zijn, maar waar je tegen betaling artikelen wel open access in kan publiceren.
Belastingbetaler
Steeds meer organisaties vinden dat de toekomst open access moet zijn. Terecht vindt Van Wee, want als onderzoek betaald wordt door de belastingbetaler, is het vreemd dat die alsnog ook moet betalen voor de publicaties. Bovendien: “ Niet-open acces is niet goed voor de potentiele lezers, voor kennisdisseminatie, en voor onderzoekers. De enige die er baat bij hebben, zijn de uitgevers.” Er lopen via de VSNU (koepelorganisatie NL universiteiten) onderhandelingen hierover met uitgevers", aldus van Wee.
Auteur: Enno Wigger
Bert van Wee, hoogleraar Transportbeleid en wetenschappelijk directeur TRAIL
Reactie plaatsen •